Algemene aspecten
van het sociaal-economisch
regeringsbeleid
door Prof. Dr. H. W. J. Bosman
In september 1958 heeft de toenmalige regering aan de SER een
advies gevraagd inzake een mogelijke vermindering van de subsi-
dielast, met name van de subsidies op de melkprijs en op de wo
ningbouw. De SER had kort tevoren een commissie ingesteld, de
Commissie Ontwikkeling Nationale Economie, die tot taak zou
hebben om de economische ontwikkeling te volgen. Deze commis
sie kreeg tot taak om een concept-rapport over de adviesaanvraag
van de regering op te stellen. Zij heeft zich niet beperkt tot de
vermindering van de subsidies, doch zich ook bezig gehouden en
dat is door de voltallige raad en door de regering aanvaard met
de algemeen-economische situatie, omdat men meende dat de sub
sidiekwestie niet los van de algemene economische ontwikkeling
kon worden bezien.
Waarom werd de algemeen-economische situatie mede in de be
schouwing betrokken? Als ik even vooruitloop op mijn verdere
betoog, wil ik uit het definitieve rapport van de SER iets lichten,
waaruit duidelijk zal worden waarom met name de vakbeweging er
voor geporteerd was de algemene economische situatie er bij te
betrekken. Gesteld wordt namelijk in het advies „dat de kleinst mo
gelijke meerderheid van de raad een huurverhoging niet aanvaard
baar acht, zolang in de sector van de inkomens van de werknemers
de in de loop van 1957 tot stand gebrachte, en naar de mening van
dit deel van de raad nog steeds voortdurende, bestedingsbeperking
niet volledig is weggenomen".Dit is een standpunt, dat van het
begin af aan sterk de discussie heeft beheerst: een deel van de raad
en bij de stemming is dat een meerderheid gebleken heeft ge
steld: wij menen dat een huurverhoging niet in aanmerking komt,
voordat de gevolgen van de bestedingsbeperking voor de werk-
Inleiding, gehouden op 2 juni 1959 te 's-Hertogenbosch voor de Katholieke
Middenstandsbond in het Bisdom Den Bosch.
SER-advies inzake het in 1959 en 1960 te voeren sociaal-economisch beleid,
publikatie van de SER 1959, no 2, blz. 28.