Voorlichting in de praktijk Nu steeds meer kassiers overgaan tot het houden van spreek beurten op praatavonden, buurtbijeenkomsten, avondcursussen, stu dieclubs en land- en tuinbouwscholen, laten wij hier te hunner oriëntering een spreekbeurt volgen, zoals die door onze propagan dist de heer W. Hendrickx verzorgd werd op talrijke algemene vergaderingen en boerenleenbankavonden. Raiffeisen en Marx Raiffeisen en Marx zijn te beschouwen als twee uitersten, maar hun levensloop vertoont merkwaardigerwijs een opeenvolging van toevalligheden, die een vergelijking mogelijk maakt al staan hun ideeën lijnrecht tegenover elkaar. Een beschouwing over het boerenleenbankwerk voert ons terug naar het gure voorjaar van 1818, toen in West-Duitsland binnen zes weken en vlak naast elkaar (althans op wereldformaat gemeten) twee jongens werden geboren. De eerste te Haan aan de Sieg was Friedrich Wilhelm Raiffeisen, zoon van een kleine ambtenaar, die later de grondslag zou leggen van het boerenleenbankwerk. De tweede te Trier was Karl Marx, zoon van een advocaat, de grondlegger van het Marxisme. Deze beide jongens groeiden voorspoedig op en hadden een vu rig idealisme gemeen. Zij wensten beiden de levensomstandigheden van hun medemensen te verbeteren en slaagden erin aan hun ideeën op een eigen wijze gestalte te geven, uitgaande van totaal verschil lende principes. 1818

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1959 | | pagina 35