banken rond i juli hebben te verrichten (behalve de gebruikelijke
lonen en salarissen ook nog de vacantietoeslagen en naar ver
wacht zware belastingbetalingen).
Dat de overheid hiervoor niet een terugtrekken van de geldmarkt-
uitzettingen uit het buitenland wil forceren, kan slechts zijn inge
geven door de aantrekkelijke zijde hiervan: een door de hoge rente
behoorlijke deviezenwinst.
Op de obligatiemarkt wettigt het algemene koersbeeld én het
koersverloop van de nieuwe Staatslening zélf de verwachting, dat
met deze 4)40/o-lening, die werd uitgegeven op 98)4°/o, voorlopig
wel de benedengrens van de rentedaling is geraakt. Duidelijk
spreekt uit de tabel, die voorkomt aan het einde van deze rubriek,
in welke mate de obligatiekoersen in vier weken tijds zijn gedaald
en tot welke rendementsstijging deze koersdaling heeft geleid.
Het kan nauwelijks of niet in overeenstemming daarmede worden
geacht, dat de rente-tarieven van het z.g. rentegamma worden ver
hoogd voor de leningen met een gemiddelde korte looptijd. Deze
luiden thans als volgt:
gemiddelde looptijd:
x tot 3 jaar z7/&7 tot 10 jaar 4
3 tot 5 jaar 3%'Vo 10 tot 15 jaar 4K°/o
5 tot 7 jaar 3/^°/o 15 jaar en meer 4340/»
De aandelenmarkt, die geruime tijd alleen maar sprongsgewijze
koersstijgingen had gekend, kwam plotseling in onrust. Op 8 juni
kondigde de Amerikaanse regering aan, dat overwogen werd de
limiet van de Amerikaanse Staatsschuld én de maximum-rente voor
staatsleningen te verhogen. Door deze aankondiging werd men zich
weer eens ervan bewust, dat het aandelenrendement toch wel erg
laag is geworden en dat dus in de hoge koersen veel toekomstwin
sten zijn verdisconteerd. In ieder geval reageerde de beurs te New
York met een scherpe daling van de aandelenkoersen.
Zo begon ook voor Amsterdam op 9 juni een periode van onrust
en grote koersmutaties (voor Philips op 9 juni een daling van de
koers met 35 punten). Nu we dit schrijven, is de koersbeweging
niet meer zó wild, doch van een nieuwe aanloop tot koersstijgingen
2273