2266 levens- en pensioenverzekeringen van ons land kan worden gere kend. In overeenstemming met deze ontwikkeling steeg het bedrag aan jaarlijks te ontvangen premies van 4,4 millioen in 1957 tot 5,4 millioen in 1958. Hierbij zijn de bedragen, die nog als koop sommen jaarlijks worden betaald, waarmede in het afgelopen jaar een bedrag van ruim 588.000,— was gemoeid, niet meegerekend. Wij beginnen hiermede als institutionele belegger, d.w.z. als aanbie der van kapitaal op lange termijn, ook een rol van toenemende bete kenis te spelen. Het is verheugend, dat geheel overeenkomstig onze opzet, een goed deel van deze middelen kunnen worden beschikbaar gesteld voor uitleningen ten plattelande. In het totaal der in 1958 gedane beleggingen namen immers de uitgezette hypothecaire le ningen, die practisch geheel buiten de grote steden worden gedaan, met een bedrag van 3,4 millioen, de voornaamste plaats in. Daar na volgen de beleggingen in onderhandse leningen met 2 millioen en die in effecten met 1,6 millioen. De vermelde groei van onze activiteiten komen ook op een ge lukkige wijze tot uitdrukking in de financiële resultaten, die in 1958 werden behaald. De verlies- en winstrekening sluit met een voor delig saldo van 367.120,— nadat op vaste eigendommen ruim werd afgeschreven en de inrichtingskosten van het nieuwe pand, de aangekochte auto's, kantoormachines en inventarissen geheel wer den afgeschreven. Dit resultaat werd bereikt, doordat zowel op intrest, als op sterfte- en invaliditeitsrisico een belangrijk overschot kon worden behaald. Aangezien wij per 1 januari 1958 de premies voor alle nieuwe verzekeringen en verhogingen van de verzekeringen op algemene voorwaarden van de afdeling „Jan Truyenfonds" verlaagden, is naar het oordeel van directie en Raad van Commissarissen thans het tijdstip gekomen ook de verzekeringnemers van de vóór 1 januari 1958 gesloten verzekeringen in deze afdeling in het overschot te doen delen. Voorgesteld wordt daarom om een restitutie van 10% op de per 31 december 1957 in de afdeling „Jan Truyenfonds" ver schuldigde jaarpremies te verlenen. Geachte Vergadering, het is ongetwijfeld niet het minst belang rijke feit, betrekking hebbende op het jaar 1958, dat nl. voor het eerst op ruime schaal uitvoering kan worden gegeven aan de artike len 47 en 48 van de statuten onzer N.V., uit welke artikelen blijkt,

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1959 | | pagina 22