zullen kunnen worden gemist met name die op een verbetering van
de kostenstructuur zijn gericht, wordt gesteld, dat enerzijds een
evenwicht zal moeten worden bevorderd tussen produktie en ver
bruik en anderzijds tussen het landbouwinkomen en dat van de
andere economische sectoren.
Uitdrukkelijk wordt in het slot van dit parlementaire rapport ge
steld, dat de landbouw haar bijdrage zal leveren tot de bevordering
van de welvaart in het algemeen en van de voedselvoorziening in
het bijzonder alnaargelang men er in slaagt de landbouw grondig
en naar behoren te moderniseren en meer doeltreffend in te schake
len in onze op de industrie gerichte economie. Daarbij wordt het
gezins- of familiebedrijf als ideaal gesteld. Zonder andere bedrijfs
vormen af te wijzen, wordt het pleit gevoerd om vast te houden
aan het gezins- of familiebedrijf als basis van de regelingen der ge
meenschap op het gebied van de landbouw. Het gezins- of familie
bedrijf wordt daarbij gezien als de passende economische vorm en
de passende levensvorm voor de zelfstandig denkende en handelen
de boer, waarin hij met zijn scheppende kracht besef van eigen
verantwoordelijkheid kan ontplooien.
In het rapport-Vredeling betreffende de structuurpolitiek wordt
hieraan vastgeknoopt, dat 61% van de landbouwbedrijven in de ge
meenschap in eigendom wordt gevoerd. Uit dit oogpunt staat de
landbouw in de gemeenschap voor een dilemma: aan de ene kant is
er de ongunstige inkomenspositie van de landbouw waardoor de
mogelijkheden voor zelf-financiering beperkt zijn; anderzijds is een
vermeerdering van het volume der investeringen de essentiële voor
waarde om de inkomenspositie van de landbouw te verbeteren.
Evenals in het rapport-Lücker en in het eerder uitgebrachte
commissierapport van de Italiaan Troisi wordt in het rapport-Vre
deling het grote belang onderstreept van een doeltreffende organi
satie van het landbouwcrediet. Hierbij wordt te kennen gegeven,
dat in het licht van de omvangrijke structuurverbeterende investe
ringen, die nodig zullen zijn, de landbouw behoefte heeft aan goed
koop crediet, dat op lange termijn beschikbaar staat. De verbetering
van de economische structuur van land- en tuinbouw, aldus wordt
verder opgemerkt, maakt ook noodzakelijk een verbetering van de
aan- en verkoopvoorwaarden van landbouwprodukten, waarbij de
eigen coöperatie van boer en tuinder een belangrijke rol zal moeten
2257