Boemttméaii -pmitijJl
CHEQUE-INCASSO
DOOR BOERENLEENBANKEN
In aansluiting op hetgeen in algemene zin omtrent cheque-in
casso in het vorige nummer van de Maandelijkse Mededelingen is
uiteengezet, willen wij thans nader ingaan op de behandeling van
door de plaatselijke Boerenleenbanken ter incasso ontvangen che
ques.
Terzake van een bij de Boerenleenbank aangeboden cheque, on
verschillig of deze getrokken is door een eigen rekeninghouder en
dus direct kan worden gehonoreerd als er voldoende saldo is, dan
wel getrokken is op een andere bank en dus ter incasso moet wor
den genomen, zal door de kassier allereerst moeten worden vastge
steld, dat deze behoorlijk is ingevuld en ondertekend.
Cheques, waarop doorhalingen of wijzigingen voorkomen of
waarop geen overeenstemming bestaat tussen het in letters en in
cijfers vermelde bedrag, zomede cheques, die niet behoorlijk zijn
ondertekend, mogen noch uitbetaald, noch ter incasso genomen
worden.
Indien de cheque geendosseerd is, wordt nagegaan, of de endos
sementen aansluiten, d.w.z. dat het eerste endossement is gesteld
door de in de cheque genoemde begunstigde, het tweede endosse
ment door de in het eerste endossement genoemde begunstigde enz.
Blijkt dit niet in orde te zijn, dan zal de cheque eveneens geweigerd
moeten worden.
Bij het ter incasso nemen van een cheque dient een cheque-in
cassoformulier in 4-voud te worden ingevuld (formulier 49). De
exemplaren van dit formulier zijn genummerd van 1 t/m 4.
Het re?u (49-1) wordt, voorzien van het stempel van de bank en
de handtekening van de kassier, uitgereikt als ontvangstbewijs aan