1939
Andermaal 10 jaren landbouwcrediet
Een terugblik
De omwikkeling, die het boerenleenbankwezen in de achter ons
liggende iaren heeft genomen en de wijze, waarop technisch en ad-
ministrat ef deze ontwikkeling bij de boerenleenbanken en de Cen
trale Bank is opgevangen, laten zich nauwelijks in cijfers aandui
den. Toch zijn deze zo illustratief, dat voor een goed begrip van
hetgeen werd tot stand gebracht, enige cijfers niet mogen ontbre
ken.
De spaar beweging
Allereerst de ontwikkeling van de spaartegoeden. Deze zijn in 10
jaren tijes meer dan verdubbeld. Bij vergelijking met andere spaar-
ïnstellingen blijkt, dat de groei van de spaargelden bij de spaarban
ken van onze landbouwcredietorganisatie, relatief, d.w.z. gemeten
aan het totaal van de toevertrouwde spaargelden per 31 december
1948, het grootst is geweest.
Zulks dijkt uit het hiernavolgende staatje betreffende
de stand der spaartegoeden
(in millioenen guldens)
R.P.S. Bowls- Boerenleenbanken Totaal Totaal van
spaarb. C.C.R.B. C.C.B. alle alle spaar-
Utrecht Eindhoven boeren- instellingen
leenbanken
31 dec. 948 1445 1041 985 507 1492 3978
31 okt. 958 2056 2113 1908 1093 3001 7170
Nog duidelijker spreekt dit, indien de stijging van de spaartegoe
den won t uitgedrukt in een percentage van de spaartegoeden per
31 decerrber 1948.
Procentuele stijging van de spaartegoeden
(uitgedrukt in van het totaal per 31.12.1948)
R.P.S. Bonds- Boerenleenbanken Alle Alle spaar-
s paarb. C.C.R.B. C.C.B. boeren- instellingen
Utrecht Eindhoven leenbanken
42,2% 103,0% 93,7% 115,6% 101,1% 80,2%
Uit de te cijfers blijkt, dat in de afgelopen 10 jaar verschillende
mijlpalen in de ontwikkeling van het spaarbankwezen werden ge
passeerd. Onze boerenleenbankorganisatie overschreed ruim het
eerste müliard aan toevertrouwde spaargelden. De aan alle boeren-