1733
Boerenleenbank. Daarna riep hij een hartelijk welkom toe tot alle
aanwezigen en speciaal tot de genodigden, die, in het bijzonder met
het oog op het afscheid van de heer Fleskens, in zo grote getale
hadden gebruik gemaakt van onze invitatie om de Algemene Ver
gadering bij te wonen.
Na het openingswoord van de Voorzitter kwamen de diverse
agendapunten aan de orde. De notulen der vorige Algemene Ver
gadering werden ongewijzigd vastgesteld; secretarissen en stemop-
nemers werden benoemd en daarna kwam punt 4 der agenda aan
de beurt: de balans en verlies- en winstrekening. Dit punt werd vol
gens gebruik toegelicht door de Voorzitter van het Bestuur, de
heer A. N. Fleskens.
De heer Fleskens memoreerde in zijn toespraak de moeilijke om
standigheden op financieel-economisch gebied, waardoor het jaar
r957 werd gekenmerkt en constateerde, dat niettemin onder Gods
zegen het afgelopen jaar gunstige resultaten heeft afgeworpen. Met
betrekking tot het jaar 1957 werd opgemerkt, dat het de climax
bracht van steeds hoger opgeschroefde bestedingen, het bestedings
beperkingsprogram van de Regering ten spijt, ter financiering
waarvan evenwel voldoende middelen ontbraken. Deze ontwikke
ling, welke voor de spaarbanken weinig aantrekkelijk was en ge
paard ging met rentestijging, werd gelukkig door de Centrale Bank
voorzien en deze heeft dan ook niet geaarzeld om tot een drasti
sche aanpassing der rentetarieven over te gaan. Het gevolg hiervan
was, dat door goed opgezette spaarcampagnes de spaargelden flink
toenamen, een bewijs, dat de boerenleenbanken het volle vertrou
wen van de plattelandsbevolking genieten. Daarnaast vormt deze
toeneming der ingelegde gelden een deugdelijke financiële grond
slag voor de financiering van voorschotten en credieten door de
plaatselijke boerenleenbanken.
De rede van de heer Fleskens is elders in dit nummer der Mede
delingen volledig afgedrukt.
Vervolgens werd de balans met verlies- en winstrekening, de re
kening en verantwoording van het Onderling Waarborgfonds en
de rekening en verantwoording van het Garantiefonds voor de
Land- en Tuinbouw over 1957 met algemene stemmen goedge
keurd.