Vwjiagxinda
BEDRIJFSSPAREN
MET PREMIE VAN DE WERKGEVER
In de Maandelijkse Medede
lingen van maart 1958 hebben
wij U kennis laten maken met
de zogenaamde service-spaarre
geling, dit is de bedrijfsspaarre-
geling zonder premie van de
werkgever.
Deze maand willen wij de an
dere vorm van bedrijfssparen, nl.
de gepremieëerde spaarregeling
met U doornemen. Vooral nu
het aantal bedrijfsdirekties, dat
tot invoering van een premie
spaarregeling bereid blijkt, ge
stadig toeneemt en bovendien
ook de overheid blijkens de
perspublikaties over de komende
premiespaarregeling voor rijks
ambtenaren in deze richting ak-
tief is, lijkt het nuttig deze ma
terie uitvoerig onder Uw aan
dacht te brengen. Daarbij zullen
wij uiteraard alleen die punten
ter sprake brengen, ten aanzien
waarvan de gepremieëerde
spaarregeling zich onderscheidt
van de reeds behandelde service
regeling.
eróchilpunten
met de óerolce-regeling
De premiespaarregeling en de
service-regeling wijken in zo
verre van elkaar af, dat bij de
eerstgenoemde zoals de bena
ming reeds aangeeft op het
gespaarde een spaarpremie als
toeslag wordt gegeven. Deze
premie wordt door de werkge
ver verstrekt en is bedoeld als
een stimulans tot deelnemen,
teneinde zodoende de spaarder
de helpende hand te reiken op
de weg naar de vorming van een
of ander duurzaam bezit.
Het is bij een gepremieëerde
spaarregeling dus niet de bedoe
ling de spaargelden en de pre
mies in de consumptieve sfeer
te doen besteden. Dan zou aan
de opzet, nl. sparen op langere
termijn met als ideaal de vor
ming van enig bezit, worden
voorbijgegaan. Gegeven deze
opzet is het begrijpelijk, dat de
spaarder dus niet ieder moment
over de spaarpremie kan be
schikken. Het bedrijf verstrekt
de premie dan ook onder de
ontbindende voorwaarde, dat de
deelnemer ten aanzien van de
besteding zal moeten voldoen
aan terzake in het spaarregle-
ment vastgelegde bepalingen.