1648 hebben geleid. In onderstaande tabel zijn de inlagen en terugbeta lingen bij de verschillende spaarinstellingen over de laatste drie jaren uitgedrukt in een percentage van het spaartegoed bij het be gin van elk jaar. Inlagen en terugbetalingen bij de verschillende spaarinstellingen in procenten van het spaartegoed R.P.S. Alg. Spaarb. Utrecht Eindhoven inl. terugbet. inl. terugbet. inl. terugbet. inl. terugbet. 1955 4- O "o ÓO 46 49 41 52 39 1956 43 33 55 49 45 41 48 4ï 1957 35 35 52 55 48 44 56 46 Opvallend is, dat bij alle spaarinstellingen een stijging van de terugbetalingen is opgetreden. Deze stijging (uitgedrukt in een percentage van het saldotegoed) is het sterkst bij de Algemene Spaarbanken nl. van 49% in 1956 tot 55% in 1957 en het geringst bij de Rijkspostspaarbank nl. van 33% tot 35%». De inlagen vertonen een gevarieerd beeld. Bij de Rijkspostspaar bank en de Algemene Spaarbanken trad een aanzienlijke daling op. Bedroegen de inlagen bij de Rijkspostspaarbank in 1956 nog 43%) van het saldotegoed, in 1957 was dit nog slechts 35%). Een daling dus van 8%. Bij de Algemene Spaarbanken daalden de inlagen van 55%) tot 52%, een daling derhalve van 3%. De boerenleenbanken daarentegen zagen hun inlagen uitgedrukt in procenten van het spaartegoed toenemen. Bij de groep Utrecht stegen de inlagen van 45%» tot 48% en bij de groep Eindhoven van 48% tot 56%). De verklaring van de toename van de inlagen bij de boerenleen banken in tegenstelling tot de daling van de inlagen bij de Rijks postspaarbank en de Algemene Spaarbanken zal gedeeltelijk gezocht moeten worden in de rentevergoeding. Gedurende het gehele ver slagjaar bedroeg de voor dadelijk opvraagbare spaargelden vergoede rente bij de boerenleenbanken van de groep Eindhoven 3%, terwijl ook een groot aantal boerenleenbanken van de groep Utrecht dit rentepercentage aanhielden of in de loop van het jaar daartoe over gingen. De Rijkspostspaarbank daarentegen handhaafde de spaar- rente tot 1 oktober op 2,40% om daarna de spaarrente te brengen

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1958 | | pagina 6