ïVw/iaycindci HET BEDRIJFSSPAREN IN DE PRAKTIJK Nadat wij in een vorig artikel gewezen hebben op enkele so ciale aspecten van het bedrijfs- sparen, willen wij U thans ken nis laten maken met enkele vor men van praktische toepassing. Hierbij kunnen wij de bedrijfs- spaarregelingen verdelen in twee groepen: 1) Spaarregelingen zonder pre mie (service-regeling). 2) Regelingen met een premie van de werkgever. Deze twee vormen komen op één belangrijk punt met elkaar overeen: in beide gevallen is de medewerking van de bedrijfsdi rectie vereist. Op het bedrijf dient men n.1. het spaargeld op het loon in te houden en zonder die medewerking komt er dus geen bedrijfsspaarregeling. Ten aanzien van een gepre mieerde spaarregeling geldt een nog ruimere medewerking van de zijde van de bedrijfsdirectie, n.1. het beschikbaar stellen van een premie op het door de werk nemer gespaarde bedrag. Niet iedere werkgever echter blijkt hiertoe bereid en wij hebben derhalve vaak te maken met de zogenaamde eenvoudige of „ser- vice"-regeling; dit is de regeling zonder spaarpremie. Spaarregeling zonder pre?nie. De werknemer kan zich als deelnemer melden door het in vullen en ondertekenen van een deelnemingsformulier, waarbij hij de loon-administratie van het bedrijf machtigt het door hem vastgestelde spaarbedrag perio diek op zijn loon in te houden en over te maken aan de Cen trale Bank. Is de deelnemer min derjarig, dan dient ook de wet telijke vertegenwoordiger te verklaren, dat hij met inhouding van het spaarbedrag accoord gaat. Het formulier wordt ingele verd bij de loon-administratie, waar men de vereiste aanteke ningen maakt om te zijner tijd de inhoudingen vlot te kunnen verwerken. Het bedrijf zendt de formulieren daarna, al dan niet via de Centrale Bank, naar de betreffende boerenleenbanken.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1958 | | pagina 26