De voorlopige jaarcijfers
Tot ons genoegen kunnen wij
U reeds mededeling doen van de
voorlopige jaarcijfers. Deze heb
ben zowel betrekking op het be
drijf van de Centrale Bank als
op de geldbeweging bij de boe
renleenbanken.
Het geld- en credietverkeer
bij de aangesloten boerenleen
banken en bij de Centrale Bank
stonden in het verslagjaar in het
teken van de belangrijke aanpas
singen aan de acute geld- en ka-
pitaalschaarste, die zich in het
najaar van 1956 scherp deed ge
voelen en gepaard ging met een
sterke stijging van de rentestand.
Deze aanpassingen, bestaande in
een inperking van de looptijden
van door boerenleenbanken ver
leende voorschotten tot ten
hoogste 20 jaar en een beper
king daarvan tot leden van de
boerenleenbanken, waarbij voor
uitleningen buiten de landbouw
een maximum grens werd ge
steld van 50.000,per post,
alsmede in een verhoging van
credit- en debetrentetarieven,
leidden tot het beoogde resul
taat. De crediet- en voorschot
verlening der boerenleenbanken,
die zich op een hoog peil bleef
bewegen, kon wederom geheel
anders dan in 1956 het geval
was met de uit nieuwe spaar-
vorming verkregen middelen
worden gefinancierd.
De onmiddellijk met ingang
van het nieuwe jaar toegepaste
renteverhoging tot 3% voor da
delijk opvraagbare spaargelden,
die vergezeld ging van flinke
spaarcampagnes, waarmede een
nieuwe clientèle tot de boeren
leenbanken kon worden getrok
ken, leverde bij aangesloten boe
renleenbanken een spaarsaldo
van 85 (57) millioen, waar
mede in de groep der spaar
bankinstellingen het hoogste
spaarsaldo werd bereikt. (Groep
Utrecht 70 millioen; R.P.S.
f 3 millioen en Algemene
Spaarbanken -57 millioen).
De aan onze boerenleenbanken
toevertrouwde spaargelden ste
gen met inbegrip van bijgeschre
ven rente van 856 millioen tot
967 millioen. De creditsaldi
in lopende rekening stegen van
122 tot 129 millioen. In to
taal namen de aan aangesloten
boerenleenbanken toevertrouw
de gelden toe van 978 millioen
tot f 1096 millioen, d.i. met
12% (8%).
De debetsaldi op de door aan
gesloten boerenleenbanken ver
leende credieten en voorschot
ten gaven in het verslagjaar een
stijging te zien met 69 mil-