155 2
w erkingsduur van de Wet Ver
vreemding Landbouwgronden.
Hoewel inleider geen bewonde
raar was van evenbedoelde wet
hij achtte b.v. de nettopacht
waarde geen behoorlijke maat
staf; de pachtwaarde is nogal
wisselend; om de 3 jaren is wij
ziging mogelijk -zou hij toch
die wet niet graag willen missen
vanwege het daarin geregelde
voorkeursrecht van de pachter;
dit voorkeursrecht werkt welis
waar niet feilloos, maar mag z.i.
niet worden prijsgegeven.
De tweede inleider op de
C.B.T.B. conferentie was Mr.
Zijp, secretaris van de Commis
sie van Grondgebruik van het
Landbouwschap. Deze besprak
de positie van de eigenaar
grondgebruiker en van de pach
ter bij onteigening. Deze mate
rie heeft, hoe duidelijk ook door
Mr. Zijp behandeld, zovele as
pecten van zuiver juridische
aard, dat een beknopte weergave
van Mr. Zijp's gedegen inlei
ding ondoenlijk is. Wij stellen
ons echter voor om, nadat wij
in de komende nummers van de
Maandelijkse Mededelingen de
nieuwe Pachtwet hebben behan
deld, in een afzonderlijk artikel
op de door Mr Zijp besproken
kwesties terug te komen.
Tot besluit van de conferen
tie van de C.B.T.B. besprak lr.
Wansink, secretaris van de
C.B.T.B., over het cultuurtech
nisch beleid. Ir. Wansink schet
ste op een overzichtelijke wijze
de problemen verbonden aan de
cultuurtechniek, welke een zeer
ruim terrein van werkzaamheid
heeft. De cultuurtechniek be
geeft zich op het agrarisch ter
rein, op dat van de bouwtech
niek (boerderijenbouw) en op
dat van de civieltechniek (elec-
triciteit, waterleiding, dijken,
wegen enz.). Wordt de arbeid
duur, aldus Ir. Wansink, dan zal
men zich hebben te beraden
over een arbeidsbesparing door
mechanisatie en dan gaan al di
rect de vorm van het bedrijf, de
afstanden op het bedrijf en het
probleem van de wegen een
grote rol spelen. Bij deze pro
ductiekant van de cultuurtech
niek komt ook nog het woon
probleem en de landschapsver
zorging, de wijze dus waarop tic
mensen kunnen leven.
Het nut van de ruilverkave
ling wordt algemeen ingezien.
Er lopen aanvragen voor meer
dan één millioen hectaren. He*:
einddoel is dus nog lang niet
bereikt. Is het einddoel bereikt,
dan zal er ten plattelande alles
anders uitzien; behoorlijke ge
bouwen, goed gesitueerde be
drijven, harde wegen, goede
ontwatering, electriciteit, tele
foon, waterleiding.
Bij de grote omvang is de eer
ste vraag, die beantwoord moet
worden: waar te beginnen.
Hierop moeten de planologen
een antwoord geven. Staat vast,