1459
leid een noodzakelijke voor
waarde voor het afschaffen van
nationale maatregelen en de
hantering van de zgn. mini
mum-prijzen door invoerlanden.
Het ziet er naar uit, dat reeds
vrij spoedig in het komende
jaar het euromarkt-verdrag in
werking zal treden. Zal deze
euromarkt ondanks de daarmee
gepaard gaande moeilijkheden
en problemen op den duur lei
den tot een steviger en hechter
fundament voor de Nederlandse
agrarische bedrijfstak?
Begroting landbouw
1958
Dat deze bedrijfstak nu voor
grote moeilijkheden staat, blijkt
duidelijk uit de Memorie van
Toelichting op de begroting
landbouw 1958. Terecht wordt
als de voornaamste oorzaak van
de landbouw-moeilijkheden ge
noemd de ontwikkeling op de
internationale markten van de
Iandbouwprodukten. Onder in
vloed van de aandrang der rege
ringen, van garantieprijzen en
van rationalisatie is het aanbod
van vele Iandbouwprodukten
gedurende de laatste jaren snel
ler gestegen dan de koopkrach
tige vraag naar deze produkten.
Het gevolg hiervan is geweest,
dat met name op de zgn. we
reldmarkten de prijzen van vele
agrarische produkten op een be
trekkelijk laag peil zijn gehou
den en dit in een tijd, dat de
kosten voor de producenten al
maar omhoog zijn gegaan.
Deze ontwikkeling heeft met
zich mee gebracht een steeds
groeiende behoefte aan over
heidshulp ten behoeve van de
landbouw. Met betrekking tot
produkten, waaraan Nederland
een invoerbehoefte heelt (zoals
tarwe, suiker, voergranen) is
een bescherming door middel
van maatregelen aan de grens
niet zo moeilijk. De moeilijkhe
den liggen derhalve vooral bij
de veehouderijprodukten: melk,
varkens en eieren. Een beleid,
gericht op redelijke prijzen voor
de boeren, vergt voor deze pro
dukten grote bedragen uit de
schatkist. In de Memorie van
Toelichting wordt gesteld, dat
zoveel mogelijk ervoor moet
worden gezorgd, dat de Neder
landse consument de kostprijs
voor de Iandbouwprodukten be
taalt. De positie van de schatkist
is namelijk zo ongunstig, dat
een zo groot mogelijke afwente
ling van de landbouw-bescher-
ming op de verbruikers noodza
kelijk is.
Voorzover deze afwenteling
op de consumenten zonder on
oplosbare moeilijkheden is door
te voeren, kunnen wij ons met
deze gedachte van de regering
verenigen. Hoogstwaarschijn
lijk is de regering voornemens
dit te gaan doorvoeren in de
varkens-sector, maar op het mo-