BecU en Ap> Huurverhoging, Huurblokkering, Fiscale Voorzieningen ALGEMEEN Wanneer dit artikel onder de ogen van de lezers van de Maan delijkse Mededelingen zal zijn gekomen, zullen de wetsontwer pen, welke inhouden een huur verhoging met ingang van i au gustus 1957, een reservering van een gedeelte van die huurverho ging door een verplichte stor ting op een Grootboek voor wo ningverbetering en belastingfa ciliteiten in verband met die verplichte stortingen, wel als wet het Staatsblad hebben be reikt. Het komt ons dan ook goed voor de voorgestelde maatregelen reeds thans onder de loupe te nemen. In dit onderdeel van ons arti kel zullen de nieuwe regelingen in het algemeen worden bespro ken, waarna een meer gedetail leerde behandeling zal volgen. Teneinde herhalingen van be gripsomschrijvingen te voorko men zij vooraf opgemerkt, dat in dit artikel wordt verstaan onder: a. woning: een gebouwd on roerend goed, dat een zelf standige woning vormt, als mede enig ander gebouwd onroerend goed, niet zijnde een winkelwoning, en waar van meer dan 60% van het totale vloeroppervlak be hoort tot een niet zelfstan dige woning. b. Vooroorlogse woning: een vóór 27 december 1940 ge bouwde woning. c. Bedrijfspand: 1. een winkelwoning, 2. een gebouwd onroerend goed, waarvan tenminste 40%) van het totale vloer oppervlak voor een an der doel dan voor bewo ning wordt gebezigd. d. de huurprijs: de op 31 juli 1957 geldende, met inacht neming van de huurprijsre gelingen vastgestelde huur prijs, dus de op 31 juli 1957 geldende, geoorloofde huur prijs. Deze geoorloofde huurprijs zal in de meeste gevallen zijn de wettelijk voorgeschreven huurprijs, doch kan ook een lagere zijn. Een verhuurder is n.1. niet

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1957 | | pagina 18