1325
lijkheidsontwikkeling werd ver
der gewezen.
De vraag kon worden gesteld,
of met het aanraken van deze
subtiele verhouding tussen indi
vidu en gemeenschap niet in het
bijzonder de spijker op de kop
werd geslagen, vooral in ver
band met het heden ten dage
actuele vraagstuk van de bevor
dering van het sparen door be
lastingfaciliteiten of premieë-
ring. Is het niet zo, dat er grote
groeperingen zijn, die sceptisch
daar tegenover staan, juist om
dat zij voor de werknemers het
afstand kunnen nemen van de
gemeenschap van de gemeen
schapsorganen niet zo wenselijk
vinden. Met deze gedachte
bracht ongetwijfeld Prof Post-
huma een pikante noot in de be
schouwingen, die naar aanlei
ding van de waardige viering
van het gouden jubileum van
de Nederlandse Spaarbankbond
gehouden werden. In de namid
dag van deze grootse bijeen
komst werd door Prof. Dr. P. J.
Bouman te Groningen een re
feraat gehouden over de socio
logische betekenis van het spa
ren.
Prof Bouman meende in het
Nederlandse volk enige tegen
gestelde tendenties waar te ne
men: een voortgezette democra
tisering van de luxe (wasmachi
nes, bromfietsen, radiotoestel
len, vakantiereizen) tegenover
een toenemende behoefte aan
sociale zekerheid. In de beste
ding van het inkomen beginnen
de grenzen tussen de kleine mid
denstand en de geschoolde of
de geoefende arbeiders te ver
vagen. Dezelfde verburgelijking
van de arbeidersmassa's, die tot
nieuwe consumptiegewoonten
leidde, heeft eveneens grote
groepen van ons volk aangemoe
digd hun sociale positie te ver
stevigen door een zekere reser
ve-vorming. Merkwaardig is,
dat de vele vormen van gedwon
gen sparen (pensioenregelingen,
enz.) die toch een element van
vrijwilligheid bevatten, omdat
deze dwang is geaccepteerd
aan de gewoonte van het vrij
willig sparen geen afbreuk heb
ben gedaan. De collectivistische
tendenties in onze samenleving
hebben het individuele verant
woordelijkheidsgevoel niet ge
dood. Integendeel, er wordt veel
gespaard, ook in de groepen met
bescheiden inkomens. De op het
eerste gezicht individuele beslis
singen in deze groepen hebben
echter een cultuursociologische
en sociaal-psychologische ach
tergrond. Van deze sociologische
betekenis van consumptie- en
spaargewoonten is echter nog te
weinig studie gemaakt, hoewel
meer inzicht hier toch van groot
belang zou zijn voor een werke
lijk doeltreffende spaarpropa-
ganda. Prof Bouman eindigde