1357
den, dan is men zo licht geneigd
even te glimlachen om de een
voud en primitiviteit van de be
ginjaren. Doch als men zich rea
liseert, dat toen de tijden anders
waren en dat er iets opgebouwd
moest worden iets nieuws, dan
wijkt de glimlach voor bewon
dering, bewondering voor deze
mensen, die met hun povere op
leiding en geringe ervaring een
pionierstaak aanvingen.
Het werk van beheerders en
kassiers is langzamerhand verza
kelijkt; men doet het werk gaar
ne en met veel ambitie, doch het
is meer een kwestie van geld,
propaganda, reclame, service en
omzetcijfers geworden. Versta
ons goed, wij achten dit onver
mijdelijk en zelfs gewenst, het
past in het tijdsbeeld, doch het
is wel even anders dan het doel,
dat onze voorgangers beoogden.
Wij, die vandaag in keurige
kantoren, met stalen meubelen,
moderne machines en een goede
voorlichting de klanten bedie
nen, wij mogen wel eens een te
rugblik werpen op het verleden
en dan moeten we dankbaar er
kennen, dat dit alles niet onze
verdienste is, doch de profijten
van het werk van pretentieloze
mannen, die nu na 30 of 40 jari
ge dienst afscheid moeten ne
men.
Als zij hun gedachten nog
eens over de achter hen liggen
de jaren laten spelen, dan zullen
zij zeggen: wat is alles snel
voorbij gegaan. Doch als zij hun
memoires zouden schrijven, dan
zou het voor ieder een lijvig
boekdeel worden. Zij schrijven
echter geen memoires, doch
comprimeren alles in één korte
zin: „ik hoop dat ik mijn plicht
goed heb vervuld".
Deze scheidende beheerders
wensen wij het allerbeste toe.
Moge voor hen een schone le
vensavond zijn weggelegd. Wij
zijn hun dankbaar voor het goe
de voorbeeld, voor de wijze
raadgevingen en voor hun pre
tentieloos werk. Zij hebben een
werkstuk gewrocht, dat er zijn
mag en dat, naar wij hopen, tot
in lengte van dagen het levende
bewijs zal zijn van hun werk
lust, voorzichtigheid, eenvoud
en geloof in een goede zaak.
KASSIER-REDACTEUR.