1283
aan de orde kwam, namelijk de balans met verlies- en winstrekening.
Zoals gebruikelijk werd dit punt toegelicht door de Voorzitter van
het Bestuur der Centrale Bank, de heer Fleskens, terwijl daarna nog
aanvullende toelichtingen werden verstrekt door de heer Mr. van
Campen, algemeen Directeur der Centrale Bank.
In zijn toespraak herinnerde de heer Fleskens aan het waarschu
wend geluid, hetwelk hij in de vorige Algemene Vergadering had
laten horen. Hij constateerde, dat de landbouw tengevolge van de
door hem gesignaleerde ontwikkelingen in de hoek is komen te zitten
waar de slagen vallen.
In 1956 zag de landbouw zich gesteld voor een toenemende dis
crepantie tussen kost- en opbrengstprijzen en daarbij kwam nog, dat
het weer in 1956 voor de landbouw zeer ongunstig was. Vervolgens
ging de heer Fleskens nader in op de feitelijke ontwikkeling van
Centrale Bank en aangesloten boerenleenbanken. Zijn volledige rede
is elders in dit nummer der Mededelingen afgedrukt.
Mr. van Campen zeide in zijn aanvullende toelichting, dat het
beleid van de Centrale Bank niet op zichzelf kan en mag worden
gezien en dat dit slechts volledig kan worden beoordeeld, indien
het mede wordt gezien in zijn functie tot de ontplooiing van het
boerenleenbankwezen. Daarbij vragen thans twee facetten van het
boerenleenbankbedrijf bijzondere aandacht, namelijk:
1. de spaarbankfunctie der boerenleenbanken,
2. de taak van de boerenleenbank als crediet- en voorschotbank.
Op deze beide punten ging spreker uitvoerig in. Zijn volledige tekst
is eveneens in dit nummer der Mededelingen overgenomen. Na de
toelichtingen van de heer Fleskens en Mr. van Campen werd de ba
lans met verlies- en winstrekening, de rekening en verantwoording
van het Onderling Waarborgfonds en de rekening en verantwoor
ding van het Garantiefonds voor de Land- en Tuinbouw over 1956
met algemene stemmen goedgekeurd.
Tot leden van de Raad van Toezicht werden herkozen de heren
Jos Zegers uit Schaijk, C. J. Biemond uit Bleiswijk en C. G. A.
Mertens uit Blerick, terwijl in de vacature-Mr. P. W. H. Truyen
benoemd werd de heer A. Kuijlaars uit Westerhoven. Als bestuurs
lid was aan de beurt van aftreden de heer Mr. Edm. Delhougne, die
wederom werd herkozen.
Bij het laatste punt der agenda werd door verschillende lieren het
woord gevraagd. Zij allen richtten zich voornamelijk tot de heer