1203
moeilijkheden voor de instellin
gen, die op de gemeentelijke sol
vabiliteit en liquiditeit vertrou
wende, hun geld op korte ter
mijn bij de gemeenten hebben
uitgezet.
Uiteraard houden de geldge
vers hiermede rekening en be
perken zich derhalve in haar uit
zettingen bij gemeenten e.d.
Deze zoeken dan naar andere
middelen om aan geld te komen
en trachten nu door middel van
publieke aankondiging, zoals
circulaires aan gemeentenaren,
dagbladannonces e.d. gelden a
deposito, meestal op termijnde
posito, aan te trekken op de
wijze zoals banken en spaarban
ken zulks doen, evenwel tegen
een hogere rente. Blijkbaar
steunt deze activiteit van de ge
meentebesturen om middelen op
korte termijn aan te trekken
eveneens op de bewuste aan
schrijving van het Ministerie van
Binnenlandse Zaken, inhoudende
dat voor woningbouwfinancie-
ring de hoogstoelaatbare grens
voor opneming van kortlopende
schuld voorshands niet behoeft
te worden aangehouden; zij is
daarvoor evenwel naar onze me
ning een beslist ontoelaatbare
grondslag. Met aantrekking van
kasgeldleningen en opneming
van rekening-courant-crediet,
dat zich a.h.w. binnenskamers
afspeelt, hetzij in het recht
streeks verkeer met de banken
of dóór tussenkomst van de ma
kelaars, blijven de gemeenten
formeel op een terrein, dat uit
sluitend ter beoordeling staat
van de bevoegde overheden, die
dan ook de verantwoordelijk
heid daarvoor dragen. Anders
wordt dit, indien de gemeenten
openlijk aanbieden tot het opne
men van gelden a deposito; dan
komen zij op het terrein van de
banken, spaarbanken en boeren
leenbanken en komen andere
spelregels in het geding, voor de
handhaving waarvan ook het
geld- en bankwezen als zodanig
zijn verantwoordelijkheid heeft
alsmede de taak om voor het
zuiver houden van spelregels op
dit terrein op te komen. Dat de
gemeenten hiermede wezenlijk
het terrein van het bankwezen
betreden, blijkt wel hieruit, dat
aan de definitie van bank, spaar
bank en landbouwcredietbank
in de Wet Toezicht Credietwe-
zen juist het aannemen van gel
den a deposito ten gronslag ligt.
Dit aannemen van gelden a
deposito is het gemeenschappe
lijk wezenskenmerk van banken,
spaarbanken en landbouwcre-
dietbanken. Op basis daarvan is
het toezicht op de activiteit van
deze instellingen in de Wet Toe
zicht Credietwezen geregeld.
Met het oog daarop is ook de
registratie van de verschillende
groepen bankinstellingen in het
leven geroepen en zijn wette-