«^Buiten-ópei»
De financieringsspanningen,
die overal aan de dag treden,
doen, zoals in tijden van geld-
schaarste gebruikelijk is, naar
wegen zoeken om de bedrijvig
heid, als het maar even kan, op
hetzelfde hoge niveau op gang
tc houden. Iedereen tracht dan
voor zijn financieringsmoeilijk
heden een uitweg te vinden,
maar uiteraard mogen daarbij
grenzen, die gesteld moeten
worden aan een gezond finan
cieringswezen, niet overschre
den worden. Ook het bankwe-
zijn en het spaarbankwezen be
vinden zich in dergelijke finan-
cicringsspanningen, maar het is
vanzelfsprekend, dat de desbe
treffende instellingen aan Iiqui-
diteits- en solvabiliteitseisen
moeten blijven voldoen. Hier
mede is niet alleen gediend het
gezond en paraat houden van
het bankwezen als zodanig, maar
ook het monetaire landsbelang,
dat uiteraard ernstig zou wor
den geschokt, indien zich kort
sluiting zou voordoen in de wer
king van het bankwezen.
Ook in de overheidssfeer doen
zich financieringsspanningen
voor. En ook de overheid zoekt
naar wegen om in haar sfeer de
bedrijvigheid op gang te hou
den. Dit geldt b.v. de woning
bouw, die de overheid grote fi
nancieringsmoeilijkheden levert.
Zodanig zelfs, dat de Rijksover
heid ertoe is overgegaan om de
grenzen, waartoe de kortlopen
de schuld van de gemeentelijke
overheid zich moet beperken,
voor de woningbouwfinancie-
ring op te heffen. Mogen de ge
meenten in het algemeen aan
kasgeldleningen, die een looptijd
hebben van ten hoogste een jaar,
en aan rekening-courantcrediet
niet meer opnemen dan gelijk
staat met 25% van haar begro
ting, voor de woningbouwfinan-
ciering is deze beperking buiten
werking gesteld.
Op zich zelf reeds is dit een
bedenkelijke ontwikkeling, dat
voor woningbouwfinanciering
de gemeentelijke kortlopende
schuld tot onbeperkte bedragen
zou kunnen worden opgevoerd.
Hoe kunnen de gemeenten deze
op korte termijn aangegane
schulden weer aflossen, aldus
rijst de vraag, indien de geldge
vers niet tot verlenging bereid
zijn en geen andere geldschieters
daarvoor in de plaats treden. In
dien alsdan 's Rijks Schatkist
niet tussenbeide zou treden,
dreigen de gemeenten niet meer
aan hun verplichtingen te kun
nen voldoen en ontstaan ook
