I 2 14 boer en tuinder. Deze instellin gen, laat men hier goed van doordrongen zijn, dat zijn de le den zelf, het is hun eigen bedrijf, met een door henzelf gekozen Bestuur, bestaande uit practische boeren, die beter dan wie ook op de hoogte zijn van de noden en behoeften hunner standgeno ten. Volgt hieruit, dat deze instel lingen het allemaal zo veel beter en goedkoper kunnen, dan hun commerciële broeders uit de particuliere sector? Neen, stel lig niet. Op sommige punten is men inderdaad belangrijk voor deliger, maar op andere punten is dit weer niet het geval. Het behoeft geen betoog, dat ook onze instellingen geen ijzer met handen kunnen breken; ook zij hebben premiegelden nodig om schade en onkosten te kunnen bestrijden; ook zij moeten gele genheid krijgen in goede jaren te reserveren, om aan het ver loop van minder goede jaren het hoofd te kunnen bieden. Maar wel houden wij de leden van de organisatie steeds voor, dat het niet verstandig zou zijn, indien zij elders gingen zoeken, wat in het eigen huis te vinden is. Het eigen huis: de eigen verzeke ringsinstelling, beheerd en be stuurd door eigen mensen, die uiteraard met andere bedoelin gen bezield zijn en ook met an dere bedoelingen bezield moé ten zijn dan een willekeurig ver zekeraar, hoe goed deze zijn werk ook moge doen, maar die toch in de grond van de zaak gene voornamere opgaaf heeft dan zorg te dragen voor een zo hoog mogelijk rendement van zijn onderneming. Wij hebben reeds gezegd, dat ónze zorg in hoge mate door een ander on derwerp wordt bepaald, name lijk, dat wij ons steeds voor ogen hebben te houden, dat onze in stellingen voor en na een dienst behoren te zijn voor de leden van de organisatie. Kan het be ter, dan móet het beter, kan het voordeliger, dan móet het voor deliger, maar al zou dit niet kunnen, dan resteert voor de be sturen onzer instellingen nog al tijd en onder alle omstandighe den de opgaaf en zelfs de op dracht, in hun verzekerden niet op de eerste plaats een louter zakelijk object te zien, maar in hen te zien de levende mens, de hardwerkende standgenoot, die er op vertrouwt en er op mag vertrouwen, dat zijn eigen in stelling hem recht doet en als het enigszins kan nog iets meer! Verzekering is voor alles een zaak van vertrouwen, vertrou wen over en weer. Het valt moeilijk in te zien, aan wie de boeren en tuinders dit vertrou wen beter kunnen schenken dan aan hun eigen instelling, die er juist voor hen is met alle conse quenties, welke daaraan verbon den zijn.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1957 | | pagina 18