1190 meer zal blijven stijgen dan de vraagverruiming, zoals sommige economen menen. Het zou ook weieens wijs beleid kunnen zijn, gelet op de ont wikkeling van de landbouw in vele landen, om rekening te houden met de mogelijkheid, dat de voedselvoorziening wederom tekorten zou kunnen opleveren. Zouden de economische onafhankelijkheid en de politieke stabili teit zowel in ons land als in West-Europa niet worden gediend, indien naast een hoogwaardige en gespecialiseerde industrie de agrarische ontwikkeling met toepassing van moderne wetenschap pelijke methoden ook in de toekomst verder wordt bevorderd? Maar daarvan kunnen slechts dan resultaten worden verwacht, in dien een beleid wordt gevoerd, dat een redelijke vergoeding voor in de landbouw gepresteerde arbeid en een redelijk rendement van in de landbouw geïnvesteerde kapitalen in uitzicht stelt. Er kunnen ook weer andere tijden komen denk aan oorlog en oorlogsgevaar, denk ook aan ontwikkelingen in Europees- en wereldverband waarvan de draagwijdte nog geenszins kan wor den overzien. De landbouw is en blijft voor ons land met zijn dichte bevolking, beschikkende over slechts spaarzame grondstoffen, de grote natio nale reserve. Houdt haar in stand en dat niet op zijn smalst, want straks zouden de niet-agrariërs hier en over de grenzen de welda digheid van de Nederlandse landbouw wel weer eens hard nodig kunnen hebben. Al deze belangen staan op het spel nu binnenkort over het land- bouwprijzenbeleid het laatste woord zal worden gesproken. Moge daarom de Wijsheid van Boven U allen verlichten, die voor het landsbelang belangrijke beslissingen zult gaan nemen met be trekking tot de Nederlandse landbouw.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1957 | | pagina 26