1185
mag niet wegnemen, dat ook in het budgetaire beleid de uitgangs
punten juist moeten worden gesteld, dat wil zeggen met de onver
mijdelijke landbouwuitgaven erin.
Vormen de meerdere landbouwuitgaven een budgetair probleem
Maar ook indien zulks alsnog geschiedt, kan niet of nauwelijks
worden gesteld, dat het herziene landbouwprijsbeleid een budgetair
probleem vormt. Het kleine tekort, dat zou resteren op de Gewone
Dienst, De Buitengewone Dienst I en het Landbouw-Egalisatie-
Fonds samen, wanneer voor landbouwuitgaven 245 millioen meer
zou worden geraamd, zou best te dragen zijn geweest, ware het
niet, dat voor de begrote kapitaalsuitgaven na aftrek van de
middelen groot rond 900 millioen op de kapitaalmarkt geen
dekking kan worden gevonden.
Dit is echter geen budgetair probleem, maar een monetair en
financieringsprobleem, dat zich stelt ten aanzien van de kapitaals
uitgaven, die op de Rijksbegroting zijn gebracht, evenals ten aan
zien van de overige investeringen in de publiek- en private sector
in het algemeen. Bij de oplossing van dit probleem gaat het om
het vinden van evenwicht tussen nationale bestedingen en nationale
middelen. Ter verkrijging van dit evenwicht zullen offers moeten
worden gebracht. Het ware echter onrechtvaardig die alleen op de
landbouw af te wentelen.
Het kapitaalmarkt-probleem waarover het hier gaat, zal moeten
worden opgelost door inperking van de investeringen en activering
van besparingen.
De noodzaak van investeringsbeperking zowel bij de centrale
overheid, bij de lagere publiekrechtelijke organen, evenals in de
particuliere sector, wordt langzamerhand algemeen erkend. Dit
proces van investeringsbeperking is met name in de particuliere
sector reeds op gang, evenals bij de lagere publiekrechtelijke orga
nen. Gespannen wordt uitgezien naar de Regeringsnota inzake
bestedingsbeperking in bijzonder wat betreft het aandeel, dat daarin
door het Rijk zelf zal worden genomen.
Over maatregelen tot bevordering van het sparen wordt of is al
veel gesproken, maar in de practijk van het spaarbankwezen heeft
men tot nu toe daarvan nog niet veel gemerkt. Waarschijnlijk zal
het wel zo zijn, dat de Minister voor Bezitsvorming in de laatste
maanden zo druk is geweest als enig K.V.P.-Minister in de econo-
