FINANCIERINGSPROBLEMEN
Reeds hiervoor vroegen wij
de aandacht voor een der stel
lingen (betreffende het concen
tratie streven) door Dr Ir A.
Vondeling op het agrarische
congres van de Partij van de
Arbeid, dat 10 januari j.I. te Tiel
werd gehouden, verdedigd. Op
dit congres, dat aan de „struc
tuursproblemen in de Neder
landse Landbouw" was gewijd,
kwam uiteraard ook de financie
ring in het landbouwbedrijf aan
de orde. Dit onderwerp had Dr
Ir A. Vondeling, de bekwame
financiële en landbouw-specia-
list van de P. v. d. A., in de
Tweede Kamer voor zijn reke
ning genomen.
De zevende door hem verde
digde stelling luidt:
De indruk bestaat, dat het
middenstandskrediet soepeler
werkt dan het landbouwkrediet
en dat de Staat in verschillende
opzichten soepeler is in de be
moeienis met het middenstands
krediet (Middenstandskredietbe-
schikking) dan ten aanzien van
het landbouwkrediet (Borgstel
lingsfonds voor de landbouw).
Aan de inhoud van deze stel
ling zouden wij gaarne een meer
uitvoerige beschouwing willen
wijden aan de hand van een on
derzoek naar de ontwikkeling
van de werkzaamheden van het
Borgstellingsfonds en na nog
eens opnieuw de middenstands-
credietpolitiek te hebben bestu
deerd. Wij komen dus nog daar
op terug.
Inmiddels werd onze aandacht
gevraagd voor een eveneens aan
„financieringsproblemen" ge
wijd artikel in het Vakblad voor
de Groothandel in aardappelen,
groenten en fruit, dat voorkomt
in het nummer van 4 januari
1957-
Wij volstaan met overneming
van een uittreksel uit het be
doelde artikel dat wij overigens
geheel voor verantwoordelijk
heid laten van de redactie van
het Vakblad. Kennisneming
daarvan is interessant vooral bij
vergelijking met de inhoud van
de aangehaalde zevende stelling.
Wij laten nu verder het Vak
blad aan het woord.
„De verschillen in tarieven
van boerenleenbanken en han
delsbanken zijn zonder meer
enorm te noemen. Het is hier
niet de plaats om uit te maken
of de handelsbanken zulke grote
winsten maken dan wel de boe
renleenbanken aanzienlijke ver
hezen, doch wel staat vast dat