waar wij ons werkelijk leven be
leven; het rustpunt na het dage
lijks geploeter, een beschermen
de ruimte, waarin wij onszelf
kunnen zijn. Met ons huis is
niets identiek, zelfs niet het pa
leis van een ander. Thuis binden
ons de sterkste banden zowel in
vreugde als in leed. In eigen huis
voelt men zich het beste thuis;
geen groter gemak dan een eigen
dak. In harmonie van ons leven
vormt het eigen huis de grond
toon.
Hiervan uitgaande komen wij
tot de opvatting, dat men thuis
zo weinig mogelijk geplaagd
moet worden met de dagelijkse
zakelijke beslommeringen. Zo
weinig mogelijk, want in vele
gevallen zullen de omstandighe
den, zoals de aard van het be
roep dat men uitoefent, tijd in
beslag nemen, die men voor hui
selijk genoegen zou moeten re
serveren. Dat dit hoofdzakelijk
het geval is bij mensen, die hun
zaak aan huis hebben of die
hoofdarbeid verrichten, valt niet
te ontkennen. Van hen hoort
men dan ook steeds de klacht:
ik heb nooit gedaan.
Dit is ook een typische klacht
van vele kassiers, die hun kan
toor aan huis hebben. Er is altijd
wat te doen en dan komt men
er gemakkelijk toe om het een
of ander schrijfwerk nog af te
maken en de huisgenoten alleen
te laten.
Moet U hieruit afleiden, dat
wij in ieder geval het wonen in
hetzelfde pand, waarin de bank
gevestigd is, afkeuren? Neen,
dit hangt van de omstandighe
den af. Indien het een kleine
bank betreft, is het te prefere
ren, dat de kassier (die waar
schijnlijk een nevenbetrekking
vervult) het kantoor aan zijn
woning verbonden heeft. Dan
immers zal het in vele gevallen
op avondwerk aankomen en zal
hij buiten de normale kantoor
uren dikwijls zijn cliënten ten
dienste moeten staan.
Als de kassier een volledige
dagtaak heeft, ligt de zaak an
ders. Dan zijn er vele argumen
ten, die voor een afzonderlijk
wonen pleiten. Een der voor
naamste argumenten is wel, dat
bij afzonderlijk wonen een even
tuele kassierswisseling minder
moeilijkheden veroorzaakt. Be
stuur en kassier staan vrijer te
genover elkaar. Er zijn minder
wrijvingspunten t.a.v. huishuur,
vergoeding voor verwarming
etc. De kassier zelf heeft het
voordeel dat hij, na het sluiten
der deur, geen last meer heeft
van aanbellende klanten en in
huiselijke kring kan bekomen
van de drukke werkzaamheden
des daags. Natuurlijk mag dit
niet ontaarden in een soort bu
reaucratie, want met het vlotte
dichtschuiven van loketjes is het
belang der bank niet gediend.
Het naar huis wandelen of fiet
sen mogen wij als een gezonde
I I IO