Jtandlmw-ecoHomUell nieuw) "vacït Binnenland Al weken lang zien de boeren met spanning uit naar de beslis sing, welke de Regering zal ne men met betrekking tot het landbouwbeleid en met name de voorstellen, welke het Land bouwschap begin oktober j.1. aan de Regering voorlegde. Op het moment, dat dit geschreven wordt, is nog niet bekend, of en zo ja welke beslissingen dienaan gaande door de Regering zijn getroffen. Dat er iets zal gebeuren, staat wel vast. In de regeringsverkla ring lazen we: „Het streven van „de Regering blijft verder ge- „richt op behoorlijke bedrijfs- „uitkomsten op goed geleide, „sociaal-economische verant woorde bedrijven. Te dien ein- „de zullen de kostprijsbereke ningen worden herzien en zal „met name aandacht worden ge schonken aan de vraagstukken „van de eigenaarslasten en de „beloning van de arbeid van de „boer. Prijsverhoging van enkele „landbouwproducten of verho ging van het nadelig saldo van „het Landbouw-Egalisatiefonds „of beide zullen het onvermijde- „lijke gevolg zijn. De Regering „overweegt nog, welke keuze „uit de verschillende mogelijk heden moet worden gemaakt, „ook met het oog op de conse quenties voor prijs- en loonbe- „leid in verband met de mone taire en budgettaire situatie". Opvallend was, dat in deze verklaring met geen woord gerept werd over de beloning van de landarbeiders. Zal de re gering bereid zijn een aanpas sing d.w.z. een verhoging van de Ionen in de agrarische sector toe te staan met als consequentie een doorberekening van deze verhoging in de garantieprijzen? Bij de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer verklaarde Minister-president Drees, dat de Regering slechts ten dele bereid was tegemoet te komen aan de wensen van het Landbouw schap, welke hij sterk overdre ven noemde. In het voorlopig verslag op de begroting van landbouw 1957 hebben de kamerleden allerlei vragen aan de minister gesteld. Zij wezen erop, dat de econo mische positie van de landbouw gedurende de laatste jaren aan zienlijk verslechterd is de Re gering geeft dit nu eindelijk toe en zij vroegen een uitvoerige nota, waarin duidelijk zou wor den aangegeven, welk land-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 13