95» gaat er thans om of het Neder landse volk als geheel zijn ver antwoordelijkheid voor het ma teriële, geestelijke en culturele belang van het agrarische volks deel zal verstaan". De komende maanden zullen een antwoord op deze vraag brengen. In- en uitvoer in eerste helft van 1956 Onlangs zijn de cijfers gepu bliceerd over de buitenlandse handel van Nederland over de eerste 6 maanden van dit jaar. Zowel de invoer als de uitvoer bleken (naar de waarde bere kend) te zijn toegenomen. Maar de stijging van de import was groter dan die van de export, zodat het tekort op de handels balans toenam en een omvang bereikte, welke alleen in het eer ste halfjaar 1951 ten tijde van de Korea-hausse werd overtrof fen. Invoer, uitvoer, saldo, dekkingspercentage. (afgerond op 50 mill.) in millioenen guldens in halfjaar 67 halfjaar 86 halfjaar halfjaar 79 een gelukkig verschijnsel, dat de vorig jaar. Hieronder volgen de agrarische export niet is tegen- uitvoer-cijfers in millioenen gul- gevallen en beduidend hoger is dens. Januari-Juni 1956 Januari-Juni 1955 Akkerbouwproducten 394*8 262,4 Veehouderijproducten 824,7 787,0 Tuinbouwproducten 297,4 247>5 Totaal landbouwproducten 1.516,9 1.296,9 Men ziet hieruit, dat vooral len. Ook de uitvoer van tuin de uitvoer van akkerbouwpro- bouwproducten was beduidend ducten sterk is toegenomen; dit hoger (winter-groenten en ten is vooral te danken aan de om- gevolge van het weer betrekke- vangrijke export van aardappe- lijk dure voorjaarsgroenten), ter- ie 1951 5.150 3.450 1.700 ie 1954 5.050 4.350 700 ie 1955 5.900 4.800 I.IOO 81 ie 1956 6.800 5-350 —1.450 Het is voor ons land dan die in de eerste helft van

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 22