Boepenl£eti$an£ -praMijH De geheimhouding door de beheerders en het personeel van de boerenleenbanken Herhaaldelijk werd in deze rubriek geschreven over de taak van de beheerders en het perso neel der boerenleenbanken, als mede over de wijze waarop deze functionarissen hun taak dienen te vervullen. Daarbij werd on der meer gewezen op de techni sche kennis, die zij van de boe renleenbank dienen te bezitten en de tact, waarmede deze ken nis behoort te worden uitgedra gen. De soliditeit van onze land- bouwcredietorganisatie wordt mede geschraagd door de orga nisatievorm, waarbij de beperkt heid van het werkgebied der plaatselijke boerenleenbank als een der voorwaarden wordt ge steld. Dit is geschied om er ze ker van te zijn, dat de beheer ders het gehele werkgebied ken nen en kunnen overzien. Het verspreid wonen van de beheer ders over dit werkgebied is in dit verband noodzakelijk en dient te worden nagestreefd. Duidelijk is, dat hoe beter de beheerders bekend zijn met de financiële omstandigheden der eventuele crediet- en voorschot nemers, hoe beter financierings- aanvragen kunnen worden be oordeeld en hoe doelmatiger ge werkt kan worden. De risico's verbonden aan de crediet- en voorschotverlening worden hier door tot het uiterste beperkt. Vanzelfsprekend is het, dat beheerders, welke uit hoofde van hun functie bij de boeren leenbank op de hoogte komen van bijzonderheden inzake de financiële positie van cliënten der bank, deze kennis voor zich moeten houden en niet mogen doorgeven aan buitenstaanders. Het is voor onze beheerders zelfs gevaarlijk om zich op wel ke wijze dan ook uit te laten over de financiën van dorpsge noten, ook al heeft men kennis daarvan gekregen in geheel an dere hoedanigheid. Derden zul len al spoedig uit dergelijke uit-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 17