een veilige toevlucht voor boer
en tuinder kunnen blijven.
De jaarstukken 1955 werden
vastgesteld, waarna de op de
agenda voorkomende verkiezin
gen plaats vonden.
Tot leden van de Raad van
Toezicht werden herkozen de
heren J. B. van Kampen, J. G.
A. Opfergelt en P. J. Thijssen.
Voorts werd besloten in de va
cature, ontstaan door het over
lijden van de heer van Haaren,
niet te voorzien en derhalve het
aantal leden van de Raad terug
te brengen van 12 tot 11 leden.
In het Bestuur waren twee
vacatures, terwijl aan de beurt
van aftreden was de heer Jhr.
Mr. J. Th. M. Smits van Oyen,
die herkozen werd. In de vaca
tures Rutten en Jhr. Mr. van
Nispen tot Sevenaer werden be
noemd de heren J. A. Bergmans,
Directeur van de Boerenleen
bank te Middenmeer en Ir. J.
B. G. M. Ridder de van der
Schueren, Commissaris der Ko
ningin te Zwolle.
Het volgende agendapunt had
betrekking op een wijziging der
vacatiegelden voor de leden
van de Raad van Toezicht. Het
voorstel werd door de Algeme
ne Vergadering aangenomen en
daarna kwam agendapunt 8:
„Mededelingen" aan de orde.
Hierbij werd het woord gegeven
aan Mr. van Campen, Directeur,
wiens toespraak in dit nummer
van ons maandblad volledig is
opgenomen.
Aan het slot van de vergade
ring verkreeg de heer Mr. Edm.
Delhougne, Bestuurslid, het
woord. Hij sprak zijn dank uit
op de eerste plaats aan God, die
hem de kracht heeft gegeven om
zich 25 jaren met het werk der
boerenleenbanken te kunnen be
moeien, dank aan de algemene
vergadering voor het in hem ge
stelde vertrouwen, dank ook
voor de gelukwensen, welke hij
mocht ontvangen in verband
met de hem toegekende onder
scheiding. In die onderscheiding
lag voor de heer Delhougne een
stimulans, om zijn beste krach
ten te blijven wijden aan het
boerenleenbankwerk, hetwelk
hem zeer ter harte gaat.
Door twee afgevaardigden
werd van de Rondvraag gebruik
gemaakt, waarna de voorzitter
de vergadering met de Christe
lijke groet sloot.
786