-mKapitaaimavKt Het waren niet alleen de weekstaten van De Nederland- sche Bank, waaruit men in de af gelopen weken heeft kunnen af lezen, van welke aard de moei lijkheden op de geldmarkt wa ren; wel gaven deze weekstaten een zeer duidelijk beeld van de omvang van de geldschaarste waarmede het gehele bankwezen te kampen had. Zo bleek op 17 april, dat de banken, om aan hun verplichtin gen tot het aanhouden van de renteloze kasreserve te kunnen voldoen, tezamen voor circa 280 millioen aan 3 /4%> voor schotten bij De Nederlandsche Bank hadden opgenomen. Deze opnamen dienden dan mede, om de kasreserve-achterstanden in te halen, die het bankwezen reeds had opgelopen, toen in de laatste week van maart nog gro te belastingbetalingen moesten worden verricht en het bedrijfs leven rond de Paasdagen grote behoefte toonde aan kasmidde len. Deze bankbiljettenomloop is betrekkelijk hoog gebleven en zal ook einde april en begin mei zware eisen blijven stellen, me de in verband met de extra-loon- betalingen, waartoe overeen komstig het regeringsbesluit al- lerwege wordt overgegaan. Daarnaast werkte de deviezen- sector in de afgelopen weken geldverkrappend: weliswaar toonde de weekstaat van 17 april een stijging van de goud- en de viezenreserve met ongeveer ƒ23 millioen, doch vóór deze week- periode hebben we ook gedu rende anderhalve maand een langzame doch steeds voortgaan de afbrokkeling van deviezenre serve gekend. Nieuwe moeilijkheden voor de geldmarkt vloeiden voort uit de ontwikkeling op de emissie- markt. Gedurende het eerste kwartaal van dit jaar werd reeds herhaaldelijk een beroep op de kapitaalmarkt gedaan, verschil lende malen voor grote bedra gen; wij noemen daarvan slechts de emissies Kon. Ned. Hoog ovens (ruim 25 millioen), de Bank voor Nederlandsche Ge meenten 30 millioen) en Ket- jen 15 millioen). Daarbij komt thans nog, behalve Dord recht met haar lotenlening ad 10 millioen en de A.K.U. met ongeveer 45 millioen aan aan-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 21