De stijging van de middelen bij de Centrale Bank gaf uiteraard
werk aan de winkel in de beleggingsafdeling. De uitzettingen van de
Centrale Bank gaven de navolgende mutaties te zien.
Effecten 27.1 millioen
Uitleningen aan Provincies, Gemeenten en
Polders
Uitzettingen bij diverse debiteuren
Hypotheken
33,7 millioen
10,3 millioen
2,3 millioen
Vermindering liquiditeiten
Totaal
73,4 millioen
i,8 millioen
71,6 millioen
Het totaal der liquiditeiten
(uitzettingen, die op korte ter
mijn in contanten kunnen wor
den omgezet) beliep per ultimo
december 178 millioen, d.i.
27,7% van het balanstotaal te
gen 31,4% per 31 december
1954. Op basis van de richtlij
nen van De Nederlandsche Bank,
waarbij de kasgeldleningen1)
niet, maar het effectenfonds
voor 80% van de beurswaarde
wel tot de liquiditeiten wordt
gerekend, steeg het liquiditeits
percentage van 47,3 tot 48,9%.
Niettegenstaande de rentever
goeding over de rekening-cou
rant tegoeden van de boeren
leenbanken bij de Centrale Bank
verder werd verbeterd, van
welke verbetering vooral opko
mende boerenleenbanken met
nog betrekkelijk geringe bedra
gen aan toevertrouwde middelen
konden profiteren, stegen de aan
de Centrale Bank verblijvende
rentebaten bij vergelijking met
de rentebaten van het vorig jaar.
In de verlies- en winstrekening
komt zulks niet tot uitdrukking,
omdat de rentebaten van het
boekjaar 1954 gunstig werden
beïnvloed door een disconto
winst van 350.000,verband
houdende met de in betalingge-
ving van Schatkistbiljetten bij
de verwerving van z.g. Schat
kistcertificaten. De provisie-ba
ten bleven in 1955, vergeleken
met 1954, nagenoeg gelijk. De
verlaging, die bij vergelijking
met de resultaten van het vorig
jaar tot uitdrukking komt, is
goeddeels het gevolg van een ge
wijzigde boeking met betrek
king tot bepaalde lasten, die
voorheen in mindering van de
rente-ontvangsten werden ge
bracht.
700
Kasgeldleningen zijn leningen aan
Overheidslichamen met een looptijd
niet langer dan een jaar.