724 financieringsmiddelen moet wor den verkregen dan benodigd is om deze top in de financierings behoefte te overbruggen zal een voorschot moeten worden ver strekt. De looptijd hiervan zal afhankelijk zijn van de verhou ding van het op te nemen bedrag tot de waarde en soort van de inventaris en gebouwen. Scherp gesteld zou men kun nen zeggen, dat een boerenleen- bankbestuur nimmer een voor schot moet verlenen aan een landbouwer, die niet reeds een crediet in lopende-rekening ge niet. Hierdoor wordt voor cre- dietnemer bereikt, dat rente be spaard en een doelmatiger finan cieel beheer verkregen wordt. In het belang van een aanvra ger zou als een der voorwaar den bij een credietverlening moeten worden gesteld, dat alle bedrijfsontvangsten en -uitgaven via een lopende-rekening dienen te worden afgewikkeld. Hiervan uitgaande blijkt di rect het grote voordeel van het girale geldverkeer voor crediet- nemers. Hierdoor immers wer ken de bedrijfsontvangsten, die slechts tijdelijk ter beschikking staan, rente besparend. De praktijk is sprekend. Lo- pende-rekeninghouders hebben na ondervinding van de voorde len van het girale geldverkeer slechts spijt van één ding, name lijk dat zij er niet eerder mee begonnen zijn. Dit geldt met na me voor de lopende-rekening- houder, ten wiens behoeve bij een boerenleenbank een crediet is geopend. Samenvatting 1. De juiste wijze van financie ring van zijn bedrijf is voor iedere boer en tuinder een belangrijke kwestie, waaraan tot nu toe te weinig aandacht is besteed. 2. De financiering van de land en tuinbouwbedrijven kan het beste door een boeren leenbank geschieden, vooral gezien de bijzondere voor waarden waaraan de agrari sche voorschot- en crediet verlening moet voldoen. regel aan eigen vermogen minstens zoveel te bezitten als in de in zijn bezit zijnde gronden is geïnvesteerd. 4. De looptijd van leningen be hoort niet langer te zijn dan de voorzichtig geschatte eco nomische gebruiksduur van het onroerend of roerend goed, waarin de opgenomen gelden zijn geïnvesteerd. 5. Aannemende dat er steeds een vaste voorraad aan goe deren en inventarisstukken op een bedrijf aanwezig 3. De boer-eigenaar dient in de

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 28