636 combinatie van beide kent de boerenleenbank nog andere ze- kerheidsvormen, zoals onder meer: belening van effecten, verpanding van vorderingen, garanties van overheids- of se- mi-overheidsinstellingen. Ook de borgstellingen door de Stichting Borgstellingsfonds voor de Landbouw moeten hier gememoreerd worden. De mo gelijkheden, welke dit Instituut biedt, zullen langzamerhand wel voldoende bekend zijn. Minder bekend is evenwel de mogelijkheid om voorschotten te verkrijgen met als zekerheid veilingcessie, cessie van melkgel- den en eigendomsoverdracht van de levende en dode inventaris van een landbouwbedrijf. Deze laatste mogelijkheid werd tijdens de wintercursus 1955 uitvoerig toegelicht en naar wij aanne men daardoor ruimer be kend bij de beheerders onzer boerenleenbanken. Daarbij is ge bleken dat het voor de boer, die een goed lopend landbouwbe drijf beheert, dat niet met zware schulden belast is, mogelijk is om een voorschot te verkrijgen, indien als zekerheid hiervoor de levende en dode inventaris in eigendom aan de boerenleen bank wordt overgedragen. In veel gevallen zal het dan nood zakelijk zijn, dat een overzicht van de financiële positie van be trokkene wordt verstrekt; dit in de vorm van een rapport van een Landbouwboekhoudbureau. Credietverlening. Hetgeen voor de voorschot verlening geldt, heeft dezelfde betekenis voor de credietverle ning. De voor enige jaren inge voerde statutenwijziging heeft bovendien met betrekking tot het lopende-rekeningverkeer de mogelijkheid geopend om aan leden-boeren en tuinders, welke hun bedrijfsontvangsten via de boerenleenbanken laten lopen, een overtrekkingsfaciliteit te verlenen, waarvan het maximale bedrag in het Huishoudelijk Re glement is vastgelegd. Over het algemeen beloopt deze faciliteit 500,a 1.000,De ze kerheid voor een eventuele de betstand op een dergelijke reke ning wordt gevonden in de lo pende ontvangsten. Ook op dit punt is tijdens de laatste winter cursus ingegaan. Het is goed nog even terug te komen op de vraag of met voorschotten en credieten moet worden geleurd. Dit is zeker niet het geval. Indien beheer ders en kassier er van overtuigd zijn, dat het voor een bepaald bedrijf gunstig zal uitwerken om tot verdere investeringen over te gaan, waartoe eventueel financieringsmiddelen dienen te

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 40