De taak van de beheerders met betrekking tot de crediet- en voorschotverlening ii In het eerste artikel onder dit hoofd werden enkele punten naar voren gebracht, welke ten doel hadden de aandacht van de beheerders der boerenleenban ken voor het onderhavige on derwerp te trekken. Uit enkele reacties van deze beheerders is gebleken, dat dit doel ten dele is bereikt. Van diverse zijden werden vragen gesteld, doch ook werd te kennen gegeven, dat in deze mogelijk té veel van de beheerders gevraagd werd. En kele opmerkingen kwamen hier op neer, dat het niet juist geacht werd, indien met credieten en voorschotten geleurd zou wor den. De bedoeling van het bewus.e artikel is door diegenen, die de ze laatste opmerking maakten, zeker niet goed begrepen. In ge noemd artikel werd slechts ge tracht tot uitdrukking te bren gen, dat de tijd van het afwach ten, het passief zijn, voorbij is. doch dat de boerenleenbanken nu in een tijd verkeren, waarin actief moet worden opgetreden. Niet door te pas en te onpas geldmiddelen aan leden en cliën ten aan te bieden, doch door het geven van een doelmatige voor lichting en het voeren van een ter zake afgestemde propaganda. In verband met het boven staande zal het goed zijn wat dieper op dit onderwerp in te gaan. Wat houdt het geven van een doelmatige voorlichting onder meer in? In de eerste plaats het bekend maken van de mogelijkheden welke er bij de boerenleenban ken bestaan met betrekking tot de voorschot- en credietverle- ning. De boerenleenbanken heb ben momenteel een compleet ar senaal van mogelijkheden ter be schikking. In vroeger jaren ken-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 38