L 616 men, wanneer men moet impor teren, dan wanneer men moet exporteren. En is het Neder landse landbouwbeleid er wel op gericht tot een harmonisatie van het beleid tussen de Bene- lux-landen te geraken? Al met al moet verwacht worden iets wat we trouwens herhaaldelijk hebben gesteld dat het nog vele jaren zal duren, voordat er sprake zou kunnen zijn van een Benelux-landbouw. Nu in het najaar weer verkie zingen gehouden zullen worden, staat in de Verenigde Staten de landbouwpolitiek nog meer in het middelpunt der belangstel ling en discussies dan anders. In de laatste jaren zijn de prijzen van de meeste agrarische pro ducten alsmaar gedaald en de hoeveelheden producten, in ei gendom van of beleend bij de Regering, toegenomen. De waarde hiervan bedraagt nu on geveer 30 milliard. Voor de boeren stijgen de kosten, terwijl de voedselprijzen voor de con sument ongeveer gelijk gebleven zijn. Productiebeperkingen voor tarwe, katoen, enz. hebben de situatie niet verbeterd: de pro ductie per ha werd sterk opge voerd (kunstmest!) en de moei lijkheden werden verschoven naar andere producten. Zo leid de een kleinere tarwe-areaal tot een uitbreiding van de maisteelt en deze weer tot een grotere varkensstapel met alle moeilijk- heden vandien. Speciaal de grote bedrijven profiteerden van de steunprijzen; zo ontving vorig jaar een katoenplanter meer dan 4 millioen voor katoen, welke hij aan de Regeirng overdroeg (deze moest maar zien wat daar mee te doen). De kosten, aan het bewaren van deze producten verbonden, bedroegen voor de Regering ongeveer 4 millioen per dag. Op 9 Januari heeft President Eisenhower een nieuw land bouwprogramma aan het Con gres (Senaat en Volksvertegen woordiging) voorgelegd. Drie van de belangrijkste elementen hiervan betreffen de verminde ring van het areaal bouwland, de beperking van de steun per boer en de versnelling van de afzet van overschotten. Als deze voorstellen door het Congres worden aangenomen, zullen boeren op vrijwillige ba sis de oppervlakten, verbouwd met tarwe, katoen, mais en rijst (waarvan grote surplussen be staan) kunnen beperken verder dan hun areaal-toewijzingen. Als tegenprestatie voor het uit productie nemen van dit bouw land (de boer mag hierop geen gewas telen en er ook niet op weiden) krijgt hij certificaten, die hij op een of andere wijze te gelde kan maken. Daarnaast zullen de boeren nog meer bouwland uit productie mogen nemen en, mits hij de natuur-

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1956 | | pagina 20