534
blic-relations" op de voorgrond
plaatst. Onze collega geeft een
toelichting op dit begrip, welke
wij zouden willen aanvullen
met een korte definitie die wij
eens ergens lazen: public-relati-
ons omvat alles wat nodig is om
de door de onderneming zelf ge
wenste opinie omtrent haarzelf
te vestigen. Het publiek moet
dus geleid worden in deze rich
ting, dat het denkt over de on
derneming, zoals deze wenst dat
er over haar gedacht wordt. Pu-
blic-relations is dus niet alleen
reclame, propaganda en acquisi
tie, het is als het ware een syn
these van alle middelen die kun
nen leiden tot een ideale verhou
ding van de klant tot de onder
neming.
Een der middelen om een toe
komstige klant te beinvloeden
en wellicht het meest geschikte,
is het persoonlijk contact. In
een persoonlijk gesprek kan men
argumenteren en de tegenargu
menten direct weerleggen; men
kan gebruik maken van de
zwakke plekken in het harnas
van de tegenspeler en hem daar
treffen.
Nu gaan de gedachten van
onze collega in de richting van
het aanstellen van inspecteurs,
die dit soort werk op zich zou
den moeten nemen. Deze sug
gestie roept direct zulke bezwa
ren op, dat wij haar niet kun
nen steunen.
Schrijver trekt b.v. een ver
gelijking met een bocrcn-verze-
keringsorganisatie, werkende
met plaatselijke agenten. Deze
vergelijking gaat o.i. geheel
mank, omdat een plaatselijke
boerenleenbank niet kan worden
vergeleken met een agentschap.
Iets anders zou het zijn, als de
boerenleenbanken filialen waren
van de Centrale Bank. Derhalve,
afgezien van de vraag of de
Centrale Bank een dergelijke
vorm van contact zoeken zou
ambiëren, valt aan te nemen dat
vele plaatselijke banken het een
aantasting van hun souvereini-
teit zouden vinden en van me
ning zijn dat zij hun eigen boon
tjes wel kunnen doppen op dit
terrein.
Neen, dit is toch de taak van
beheerders en kassier, die voort
durend alles moeten doen om de
bank bekendheid te geven en
relaties te verwerven. Dat de
Centrale Bank voorlichting geeft
om dit zo goed mogelijk te ver
wezenlijken en daartoe verschil
lende middelen ter beschikking
stelt, is logisch en ook reeds een
feit. Mogelijk heeft men nog
niet overal op de activiteiten en
suggesties van de Centrale Bank
ingehaakt, doch vele banken ge
ven blijk van een goed begrip
van de mogelijkheden die er op
het gebied van de propaganda en
reclame zijn. Hierbij toont men
zich vaak zeer vindingrijk en
komt met originele ideën.
In dit verband zouden wij nog