HET WEZEN VER
LANDBOUW-COÖPERA TIES:
NOODZAAK, BESTAANSREDENEN EN NUT VOOR
DE BOERENSTAND
I. Inleiding.
Onder de levende wezens
heeft de mens ten zeerste het
vermogen gemeenschappen vol
gens zelf vastgestelde wettelijke
regels op te richten. Door zijn
geestelijke aanleg en het natuur
lijke vermogen zich van de taal
te bedienen, als een bijkans vol
maakt middel zich tegenover
anderen te uiten, is de mens ge
neigd, contact met zijns gelijke
te zoeken en is hij voorbestemd,
zich met anderen tot verschil
lende doeleinden te verenigen.
Hoe individueel verschillend
ook de graad van bereidheid
deel te nemen aan gemeen
schapsleven moge zijn, kan toch
in het algemeen van gemeen
schapszin bij de mens gesproken
worden.
Bij de aanleg tot gemeen
schapsleven en de gemeen
schapszin komt nog de gemeen
schapsbehoefte der mensen op
tal van gebieden, vooral op we
reldbeschouwelijk, cultureel en
Inleiding van Dr. G. Klusak, ad
vocaat bij de Duitse Coöperatieve Raad,
voor de algemene vergadering van de
C. E. A.
economisch gebied. Voor ons
onderwerp is de behoefte aan
gemeenschap of samenwerking
in economisch opzicht van be
lang. De moeilijkheid, zich in
het moderne, door arbeidsver
deling gekenmerkte, bedrijfsle
ven staande te houden, bracht
vele mensen er toe door samen
gaan met anderen, die zich in
een zelfde of dergelijke positie
bevinden, er naar te streven, be
staande bezwaren te overwin
nen of althans ten dele op te
heffen. Op deze wijze heeft de
gedachte aan eigen hulp door
coöperatieve aaneensluiting in
brede lagen der bevolking van
vele landen vaste voet gekregen.
II. De noodzaak van het bestaan
van landbouwcoöperaties.
Op het gebied van de land
bouw krijgt de samenwerking
door coöperaties een bijzondere
betekenis, omdat bepaalde fac
toren, die uit het wezen en uit
de van de natuur afhankelijke
bestaansvoorwaarden van deze
tak van bedrijf voortvloeien,
het concurrentievermogen der