449 deze in een uitzonderingspositie te plaatsen. De amendementen, door de boerenleenbank Bavel ingediend op de voorstellen tot wijziging der statuten met betrekking tot het verlenen van voorschotten aan de leden der plaatselijke ban ken, konden geen stemmenmeer- derheid verwerven. Het hoofd motief was, verlaging te verkrij gen van de grens, genoemd in art. 8, waardoor meer armslag zou worden verkregen. Wij kunnen het niet anders zien, dan dat hier een verkeerd verband gelegd wordt tussen de ware strekking van art. 8 en de mogelijkheden, die een boeren leenbank heeft tot het verstrek ken van voorschotten en credie- ten aan leden. Art. 8 bedoelt im mers te zijn een barrière tegen vergaande beleggingen op lange termijn geheel iets anders en voorts een grens, wier over schrijding een gevaar betekent voor de likwiditeit onzer organi satie. De Centrale Bank heeft ons toegezegd in een artikel de bedoeling en de werking van art. 8 nog eens duidelijk te zullen verklaren. Doch voorlopig zij reeds vastgesteld, dat het geven van voorschotten en credieten aan leden voor de instandhou ding van hun bedrijf vrijwel on- gelimiteeerd kan geschieden. En hierom ging het toch. Uit de besprekingen tijdens de voorjaarscursus resulteerden en kele wijzigingen op de voorstel len tot statutenwijziging, zoals b.v. het opnemen in art. 47 lid 3 van de mogelijkheid van voor schot- en credietverlening „aan leden voor de uitoefening van hun beroep". In art. 15 lid 3 werd ter verduidelijking van het begrip boerenbond naar aanlei ding van opmerkingen nog toe gevoegd „boerenstandsorganisa tie". Tijdens de algemene verga dering gaf de Voorzitter toelich tingen o.a. in verband met art. 2 lid 3 van de statuten der Centra le Bank en art. 15 lid 3 van de statuten der plaatselijke banken, welke toelichtingen duidelijk ge- inspireerd waren door vragen, tijdens de voorjaarscursus ge steld. Met het memoreren van deze wijzigingen en toelichtingen wil len wij zeggen, dat de Centrale Bank zeer zeker toegankelijk is voor voorstellen en opvattingen, die in de cursussen naar voren komen. De methode, die de C.C. B. volgt, n.1. het bespreken van haar voorstellen in kleine gezel schappen, buiten tegenwoordig heid der pers, zien wij als de beste, die men zou kunnen be denken. Verscheidene banken hebben dit bevestigd en ver klaard dit zeer op prijs te stel len. Dat deze cursussen meestal bedoeld zijn voor ontwikkeling en voorlichting, includeert niet, dat er op een bepaald moment geen strikt organisatorische

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1955 | | pagina 49