257
Maar deze uitbreiding van ac
tiviteiten vraagt een versterking
van de financiële middelen, die
ter beschikking staan, en van de
financiële reserves. Op beide
punten, geachte Vergadering,
kunnen wij niet waakzaam ge
noeg zijn en ik zou willen stel
len, dat ze onderling nauw sa
menhangen. Vertrouwen in de
financiële positie van de boeren
leenbanken bevordert het sparen
bij de boerenleenbanken en om
gekeerd de toeneming van de
aan de boerenleenbanken toe
vertrouwde middelen schept
mogelijkheden voor ruimere ex-
ploitatie-saldi, waaruit reserves
kunnen worden gevormd. Ook
deze laatsten hebben wij brood
nodig. Aan de basis van de acti
viteiten in en uitgaande van onze
organisatie ligt tenslotte de fi
nanciële kracht van onze boe
renleenbanken. Daarbij denken
wij niet zozeer aan de aanspra
kelijkheid der leden, maar vooral
aan de eigen reserves der boe
renleenbanken, die met de ge
schetste groei en ontwikkeling
een krachtige versterking behoe
ven. Die reserves van de boeren
leenbanken bepalen niet alleen
de actieradius van de boeren
leenbanken zelf, maar voor een
deel ook van de Centrale Bank.
Dat is nu eenmaal de toepassing
van het coöperatiebeginsel op de
samenwerking der coöperaties
zelf, zoals deze haar uitbouw en
bekroning vindt in de Centrale
Bank.
Dit voert mij tot bet bedrijf
van de Centrale Bank en de ex
ploitatieresultaten, die werden
behaald.
Wat het bedrijf van de Cen
trale Bank betreft, zien wij ons
voor toenemende moeilijkheden
gesteld. Ren dalende geld- en ka
pitaalrente, die naar het zich laat
aanzien, voorlopig haar diepte
punt schijnt te hebben bereikt
en wellicht een licht opwaartse
tendenz te zien zal geven. Be
leggingsproblemen, die verband
houden met een snelle stijging
van de door de boerenleenban
ken bij de Centrale Bank gede
poneerde gelden bij kapitaal
marktverhoudingen, waarin be-
leggingsvraag overwegend is. En
bij dat alles komt, dat wij ter
versterking van de rentabiliteit
der boerenleenbanken erop be
dacht moeten zijn, dat althans
zeker voor de kleinere boeren
leenbanken, de rentevergoeding
niet kan worden verlaagd.
Daarbij komen nog de eisen,
die aan de Centrale Bank worden
gesteld krachtens de Wet Toe
zicht Credietwezen. Thans is
ook de uitvoeringsregeling be
treffende het bedrijfs-econo-
misch toezicht op de Centrale
Landbouwcredietbanken van
kracht geworden. Deze is neer
gelegd in richtlijnen voor liqui-
