- - wanneer hij de bevoegdheid tot wijziging miste tot ver nietiging van de pachtovereen komst moeten overgaan (veelal tot groot nadeel van de pachter). Van de landbouwkundige toet sing zou dan weinig terecht ko men. Met het oog op het bindend vijzigingsrecht van de Grond kamer stelt de Regering nu voor de mogelijkheid te openen, dat verpachter en/of pachter een ontwerp-pachtovereenkomst ter toetsing aan de Grondkamer kunnen inzenden. De Grondka mer beoordeelt zo'n ontwerp overeenkomst op gelijke wijze als een definitieve overeenkomst. Ten aanzien van de toetsing van een pachtovereenkomst door de Grondkamer wat de pacht prijs betreft, bepaalt artikel 41 van het pachtbesluit: „De goed keuring wordt verleend, wan neer de netto-opbrengst, welke bij een behoorlijke exploitatie van het verpachte te verwachten is, de pachter een redelijke winst waarborgt." De Regering is van oordeel, dat hierdoor de belan gen van de verpachter teveel op de achtergrond zijn geschoven en dat het begrip „redelijke winst" niet duidelijk genoeg is. Vandaar dat nu een andere rege ling wordt voorgesteld en wel de volgende: „Bij algemene maatre gel van bestuur worden algeme ne regelen vastgesteld ten aan zien van de hoogst toelaatbare pachtprijs. Deze regelen strek ken tot bevordering van pacht prijzen, welke in een redelijke verhouding staan tot de be- drijfsuitkomsten bij een behoor lijke bedrijfsvoering met dien verstande, dat bij het vaststellen van die regelen de redelijke be langen van de verpachter mede in acht worden genomen". Over dit, niet in alle opzichten duide lijk, criterium voor de pacht prijs-vaststelling zal in de Twee de Kamer nog wel een en ander naar voren worden gebracht. Volgens het pachtbesluit mocht de Grondkamer een pachtovereenkomst niet goed keuren wanneer door de pacht overeenkomst algemene belan gen van de landbouw zouden worden geschaad. In de practijk heeft deze landbouwkundige toetsing weinig betekend. De Regering is van mening, dat bij verpachting van gronden de landbouwkundige toetsing moet worden uitgebreid met het oog op de (te) geringe bedrijf sgroot- te en ongunstige verkaveling van de vele bedrijven. Vandaar dat nu in analogie aan de regeling van de landbouwkun dige toetsing bij koop en ver koop van landbouwgronden in het ontwerp wordt voorge steld dat een pachtovereenkomst niet mag worden goedgekeurd, wanneer zij zou leiden tot:

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1955 | | pagina 16