81 men overgaat. Hiervan kan ech ter door partijen worden afge weken. Meestal wordt dan ook in het erfpachtscontract bepaald, dat het recht zonder toestemming van de grondeigenaar niet kan worden vervreemd noch met hypotheek kan worden be zwaard. Bovendien behoudt de eigenaar zich dikwijls de be voegdheid voor om bij overlij den het recht op te zeggen. Ook dit alles is weer een gevolg van de veranderingen, die de structuur van het erfpachtsrecht in de loop der tijden heeft on dergaan. De erfpachtsobjecten zijn thans vrijwel allen waarde vol en worden in erfpacht uit gegeven mede met het oog op de hoedanigheden van de erf pachter. Teneinde waardever minderingen, haar oorzaak vin dende in de persoon van de erf pachter of in een versnippering van het goed, te voorkomen, wil de eigenaar dat hij op een overgang van het recht een ze kere invloed kan uitoefenen. Onredelijk kan dit zeker niet ge noemd worden. Weliswaar blijft ook hierdoor van het „oude" erfpachtsrecht niet veel meer over, doch de omstandigheden zijn ook thans geheel anders. Tussentijdse beëindiging Zoals gezegd is het o.i. niet onredelijk, dat bij een vererving de eigenaar de bevoegdheid heeft om, indien in de persoon van de nieuwe erfpachter geen voldoende waarborgen aanwezig zijn voor een goed beheer of voor een behoorlijke naleving van de erfpachtsvoorwaarden of indien tengevolge van de verer ving een waardevermindering door een grote versnippering dreigt, het erfpachtsrecht op re zeggen. Evenzeer kan het rede lijk genoemd worden, dat het recht tussentijds kan worden be ëindigd, wanneer een erfpachter in staat van faillissement is ver klaard of met de nakoming van zijn verplichtingen in ernstige mate in gebreke is en ondanks aanmaning in gebreke blijft. Daar echter evenals bij het ver strijken van de duur ook bij een beëindiging van het recht van erfpacht uit anderen hoofde, met het erfpachtsrecht het hypo theekrecht eveneens komt te vervallen, is het noodzakelijk, dat in de acte van uitgifte wordt bepaald, dat, indien het erf- pachtsgoed met hypotheek is be zwaard, een opzegging niet kan geschieden alvorens de eigenaar de hypotheekhouder bij aange tekend schrijven van zijn voor nemen tot opzegging in kennis heeft gesteld en de hypotheek houder gedurende een ruim te stellen termijn de gelegenheid heeft verkregen aan de verplich tingen van de erfpachter in diens plaats te voldoen dan wel

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1955 | | pagina 33