Ueck m Wet £jl
ERFPACHTSRECHT ALS HYPOTHECAIR
ONDERPAND
Inleiding
Erfpacht is het recht om het
volle genot van eens anders on
roerend goed te hebben onder
de gehoudenheid als erkenning
van de eigendom jaarlijks aan
de eigenaar een zekere vergoe
ding te betalen. Deze vergoe
ding draagt de naam van: canon.
Het erfpachtsrecht was eer
tijds bedoeld om de enorme on
ontgonnen gebieden door der
den als landbouwgrond tot ex
ploitatie te laten brengen, waar
tegenover een gering jaarlijks
bedrag als pacht moest worden
voldaan. Aanvankelijk opzeg
baar, tijdelijk en niet voor ver
vreemding of vererving vatbaar,
kwam de erfpachter geleidelijk
aan sterker te staan. Langzamer
hand immers ontwikkelde zich
het erfpachtsrecht tot een al-
toosdurend, onopzegbaar en
vervreemd- en vererfbaar recht.
In gelijke mate nam het recht
van de grondeigenaar af. Er
bleef voor deze niet veel meer
over dan de bevoegdheid tot
heffing van een vaste, lage re
tributie.
De strekking van het erf
pachtsrecht is tegenwoordig een
geheel andere. Het erfpachts
recht is gegroeid tot een ge
bruiksrecht van reeds ontgonnen
of reeds bouwrijp gemaakte
gronden; een historisch gegroeid
recht is daarmede moeten gaan
dienen voor een geheel nieuw
rechtsinstituut, waarin onder
meer een canon als louter een
erkenning van de eigendom niet
goed meer past.
Verder heeft, vooral in ver
band met de schaarste aan gron
den, waardoor de eigenaar een
monopoliepositie inneemt, de
aan partijen gegeven vrijheid om
zelve de nadere betrekkingen
tussen eigenaar en erfpachter te
regelen, erfpachtsrechten doen
ontstaan, welke in geen enkel
opzicht meer enige gelijkenis
vertonen met het „oude" erf
pachtsrecht en waarbij van een
redelijke afweging van de belan
gen van grondeigenaar en erf
pachter nauwelijks nog kan
worden gesproken.
In evengenoemde ontwikke
lingsgang is ons inziens de oor
zaak gelegen van de neergang,