9933
trouwen, dat zij de hun in de statuten en reglementen opge
legde taak naar behoren zullen verrichten; een verantwoor
delijkheid tegenover al degenen, die hun spaargelden, be
drijfsgelden en andere waarden aan de Boerenleenbank heb
ben toevertrouwd; een verantwoordelijkheid tenslotte tegen
over de gehele landbouwcredietorganisatie. Wat bij het na
laten of verslappen van de confróle-taak daarom in het ge
drang komt, is het vertrouwen, dat de leden van de Boeren
leenbank alsmede de rekeninghouders en andere deposan
ten en tenslotte het gehele coöperatieve landbouwcrediet in
hen hebben gesteld.
Het is dus boven elke twijfel verheven, dat de controle
taak van de beheerders op een hoog niveau staat en dat geen
enkel van de beheerscoüeges van de plaatselijke boerenleen
banken in het belang van de Boerenleenbank zelf, van haar
rekeninghouders en deposanten en niet minder in hef belang
van alle andere boerenleenbanken zijn taak niet volgens de
eisen des tijds naar behoren zal willen vervullen.
Achtereenvolgens werden behandeld de voorschot- en
credietcontróle, de boekjescontröle en de kascontrole.
a. De jaarlijkse confröle op de uitstaande voorschotten en
credieten.
Met betrekking tot de jaarlijkse controle op de uitstaande
voorschotten en credieten werd in het bijzonder de aandacht
gevraagd voor:
1. De controle op de nakoming van de verplichtingen door
de voorschotnemers en credietnemers. Het nagaan of af
lossingen en rentebetalingen van voorschotten is geschied
en of bij de credieten in lopende rekening de hand is
gehouden aan de in het contract vastgestelde credietver-
minderingen;
2. Confröle op de zekerheidsstellingen, waarbij bijzonder
aandacht dient te worden geschonken aan het overlijden
van borgen en gedeeltelijke royementen van hypothecaire
onderpanden;
3. Vaststellen en notuleren welke maatregelen eventueel
dienen te worden genomen;
4. Van alle credieten in lopende rekening elk jaar de grootte
van het crediet bepalen en stuk voor stuk notuleren;