Beroep.
9931
2. De arbeider, die de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt,
heeft recht op een ouderdomsrente;
3. De weduwe van een verzekerde kan aanspraak maken op
een weduwenrente, indien haar echtgenoot in het bezit
was van een invaliditeits- of ouderdomsrente of tenminste
40 premiën in rekening kon brengen en zij de leeftijd
heett bereikt van 60 jaren of invalide is;
4. Kinderen of pleegkinderen van de verzekerde beneden
de zestien jaren komen in aanmerking voor een wezen
rente. Zij hebben echter slechts recht op deze rente, in
dien de verzekerde tenminste 40 premiën in rekening
kon brengen.
Op bovenstaande uitkeringen worden door het Rijk in
verband met de sterk gestegen kosten van levensonderhoud
aanzienlijke toeslagen gegeven.
De uitvoering van de Invaliditeitswet.
De uitvoering van deze wet berust geheel bij de Rijksver
zekeringsbank en de Raden van Arbeid. De uitkeringen ge
schieden door de Rijksverzekeringsbank, welke eveneens de
betaalde premiën ontvangt. De Raden van Arbeid verrichten
de hiermede samenhangende administratieve werkzaamhe
den.
Van beslissingen van de Raden van Arbeid en de Rijksver
zekeringsbank staat voor de werkgever of de arbeider (c.q.
diens weduwe of wezen) of voor beiden, beroep open op
de Raad van Beroep voor de Sociale Verzekeringen, binnen
wiens ressort de werkgever gevestigd is. Hoger beroep is
mogelijk bij de Centrale Raad van Beroep. De termijn van
beroep is een maand, aanvangende op de dag na de dag
tekening van de beslissing, waarvan men in beroep komt.
Aansprakelijkheid van het bestuur van een rechtspersoon.
De werkgever, die niet voldoet aan de verplichting tot
betaling der premie, kan gestraft worden met een geldboete.
Bij een rechtspersoon worden de bestuursleden als werk
gever beschouwd. Bij de Boerenleenbanken zijn derhalve de
leden van het Bestuur aansprakelijk voor de betaling van de
premie.