9883 jaarlijkse uifkering. Gemeenteklasse I. Ongehuwden 696,— 672,— 642,— 618,— 594,— Gehuwden. 1200,— 1164, 1122, 1086, 1038,— II III IV. V. Op het bedrag van de ouderdomsuitkering wordt de helft van het jaarlijkse inkomen van de rechthebbende in minde ring gebracht, tenzij dit jaarlijks inkomen niet meer bedraagt dan 50,Voor de berekening van de helft van het jaar lijks inkomen wordt het inkomen naar beneden afgerond tot 50,of een veelvoud daarvan. Voorts mag op het jaarlijks inkomen een bedrag van 200,in mindering worden gebracht. Indien echter de som van de oudersdomsuitkering en het jaarlijks inkomen, zonder dat hierop de vermindering van 200,is toegepast, meer bedraagt dan het betreffende be drag van de inkomstentabel, moet de uitkering tot bedoeld bedrag van de inkomstentabel worden verminderd. De ouderdomsuitkering wordt altijd naar boven atgerond tot een veelvoud van zes gulden. Wij zullen bovenstaande regels aan de hand van een voor beeld verduidelijken. Een gehuwde man, wonende in Valkenswaard (Gemeente klasse 4) heeft een jaarlijks inkomen van 804,Deze man komt voor een uitkering in aanmerking, want zijn inkomsten zijn minder dan 1595,de inkomensgrens genoemd in de inkomstentabel voor gehuwde mannen, Gemeenteklasse IV. Het jaarlijks inkomen wordt nu eerst naar beneden afgerond tot een veelvoud van 50,en wordt dus 800,Op dit inkomen van 800,wordt een vermindering toegepast van 200,waarna de helft van het overblijvende bedrag in mindering wordt gebracht op de ouderdomsuitkering, die hij maximaal zou kunnen genieten. Deze maximale uifkering bedraagt 1086,(zie tabel van de uitkeringen). De uitke ring die hij ontvangt bedraagt derhalve 1086,300, 786,—.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1954 | | pagina 35