9751
UIT DE ORGANISATIE.
Van kassier tot kassier.
De brief van onze collega uii Slagharen, met betrekking
tot het verstrekken van credieten buiten de landbouw, heeft
verscheidene kassiers naar de pen doen grijpen. Gewoonte
getrouw laten wij de brieven in extenso afdrukken, opdat U
in de gelegenheid bent, kennis te nemen van de reacties.
Kassier Roozendaal van Warmenhuizen: Met belangstelling
nam ik kennis van de brief van collega de Boer van Slagha
ren, inzake credieten buiten de landbouw, alsmede van Uw
reactie daarop.
Op de eerste plaats kan ik U mededelen dat ik het met
collega de Boer volkomen eens ben. Wel kan ik mij Uw hui
vering voorstellen, om welbewust en over de gehele lijn de
plattelandsmiddenstand te gaan aantrekken. Er zijn inderdaad
plattelandsplaatsen (meestal de grotere dorpsgemeenschap
pen, dikwijls met een bijna stedelijk aandoend karakter) waar
het aantal middenstanders even groot of groter is dan het
aantal agrariërs. Op dergelijke plaatsen is m.i. plaats voor
een bijkantoor van de Ned. Middenstandsbank of een andere
handelsbank en zal meestal ook wel een dergelijk bijkantoor
gevestigd zijn. Wanneer de aldaar gevestigde, bij de C.C.B.
aangesloten boerenleenbanken, hun deuren ook voor de
middenstanders wijd open gaan zetten, dan zou op die plaat
sen het karakter van de Boerenleenbank inderdaad totaal
veranderen. Ik vraag mij echter af of de tijd hiervoor nog niet
rijp is, want ik zie de ontwikkeling zo, dat het in de toekomst
langzamerhand toch die kant uitgaat.
in de plaatsen evenwel, waar zoals U schrijft, „de boeren
en tuinders een dusdanig groot overwicht hebben, dat er
geen vrees bestaat, dat zij het ooit zullen verliezen", ligt het
anders. Uw idee om met een beetje tact enz. de zaak te doen
rollen is niet gemakkelijk uit te voeren. De middenstanders,
althans die middenstanders die wij hier op het oog hebben,
willen gaarne de boerenleenbanken als „hun bank", maar
dan als volwaardige leden op gelijke voet met de agrariërs,
van wie zij als middenstanders immers ook afhankelijk zijn.