9736 De verstrekkingen. De rechtstreeks- en indirectverzekerden hebben aanspraak op de navolgende verstrekkingen: 1. geneeskundige hulp door een huisarts en, indien deze dit nodig oordeelt, door een specialist; 2. tandheelkundige hulp door een tandarts; voor kostbare behandelingen moet worden bijbetaald. Bepaalde voor delen zijn verbonden aan het bezit van een sanerings- of tandartskaart, welke men ontvangt als men tenminste ieder half jaar zijn gebit laat controleren; 3. genees- en verbandmiddelen op recept van de huisarts of specialist; men ontvangt deze van de apotheker bij wie men is ingeschreven; 4. verloskundige hulp, te verlenen door een vroedvrouw, of, indien dit noodzakelijk is, door een arts; 5. verpleging in een ziekenhuis voor ten hoogste 42 dagen, indien de controlerend arts van het Ziekenfonds hiertoe toestemming geeft; 6. een gedeeltelijke vergoeding van de kosten van sana- toriumverpleging; deze vergoeding bedraagt tenminste 4,50 en ten hoogste 6,per dag; 7. een tegemoetkoming in de kosten van medische hulp en kunstmiddelen, zoals orthopedisch schoeisel, kunstbenen en derg.; 8. gedeeltelijke vergoeding van de kosten van ziekenver- voer. Van de aanvankelijke opzet om de verstrekkingen gelei delijk aan nog uit te breiden is men geheel teruggekomen. De kosten bleken zo onrustbarend hoog fe zijn, dat ver schillende verstrekkingen niet meer of slechts tegen bijbe taling mogen plaats vinden. Desondanks zijn er nog steeds aanzienlijke tekorten, die niet uit de opbrengst van de pre mie bestreden kunnen worden. Hef Ziekenfondsenbesluit kent geen mogelijkheid van be roep. In de pracfijk verleent de Voorzitter van de Zieken fondsraad, welke raad belast is met het toezicht op de Zie kenfondsen, ingeval van moeilijkheden zijn bemiddeling. In een volgend artikel zullen wij de behandeling der So ciale Verzekeringswetten voortzetten met een bespreking van de Kinderbijslagwet.

Rabobank Bronnenarchief

blad 'Maandelijkse Mededelingen' (CCB) | 1954 | | pagina 32