9715 als U ziet, geachte Vergadering, lijnrechte en dubbele mis leiding. Zoals U bekend zal zijn, is er n.l. geen sprake van een verplichte aansluiting bij een bedrijfspensioenfonds voor boeren en tuinders. Wel zou het kunnen zijn, dat bij de wet geregeld gaat worden een algemene volksverzekering bij wijze van bodempensioen, waarover onlangs een advies van de Sociaal Economische Raad is verschenen. Wat betreft een dergelijke algemene bodempensioenverzekering moet even wel vast erop worden gerekend, dat al diegenen, die in het arbeidsproces zijn ingeschakeld, daaronder zullen vallen en voor zover zij niet in loondienst zijn, in beginsel zelf de daar voor verschuldigde premie zullen moeten opbrengen, onge acht of zij reeds andere levensverzekeringspolissen of pen sioenverzekeringen hebben lopen. Derhalve de briefschrij ver moet straks de premie betalen van de algemene bodem pensioenverzekering bovenop zijn premie voor de z.g. le vensverzekering en bovenop de aflossing op de hypothe caire voorschotten. Dat is de eerste misleiding. De tweede is uiteraard deze, dat onze man niet beter voor zijn eigen toekomst en die van zijn nagelaten betrekkingen had kunnen voorzien, dan door te zorgen, dat zijn bedrijf zo spoedig mogelijk van schulden vrij komt. In zijn geval zou ten hoog ste in aanmerking mogen komen, zolang zijn inkomenspositie niet meer toelaat, de afsluiting van een z.g. risico-verzeke ring d.w.z. de verzekering van een bepaald kapitaal bij vroegtijdig overlijden, waarmede alsdan de schulden bij de boerenleenbank kunnen worden afgelost, een verzekerings figuur, die ik zowel in de aandacht van onze instelling als van de boerenleenbankbestuurders zou willen aanbevelen. Aan de hand van dit voorbeeld ziet U, hoe voor onze in stelling ten plattelande op het stuk van de voorlichting een sociale taak bij uitstek is weggelegd, die wij met onze in spectiedienst, die wij ongetwijfeld op de duur nog zullen moeten versterken, willen verwezenlijken in nauwe samen werking met de gewestelijke verzekeringsinstellingen. Hiermede kunnen wij echter niet volstaan: iedere sociale activiteit behoeft een voldoende economische basis, en dit is zeker het geval in ons bedrijfsmatig uitgeoefend levensver zekeringsbedrijf. Met andere woorden: om behoorlijk in

Rabobank Bronnenarchief

T01 | 1954 | | pagina 11