9673
of een reeds toegekende schadeloosstelling worden inge
trokken.
De bevoegdheid tot weigering van een schadeloosstelling
heeft het Bestuur van de Rijksverzekeringsbank, respectieve
lijk het Bestuur van de Afdelingen der Bedrijfsvereniging
eveneens, indien de getroffen arbeider de hem gegeven me
dische voorschriften niet opvolgt, zich aan geneeskundige be
handeling onttrekt of geen voldoende medewerking verleent
om wederom in hef arbeidsproces te worden opgenomen.
Uitkering of verdere uitkering kan ook geweigerd worden,
indien de arbeidsongeschiktheid verband houdt met een
door de arbeider gepleegd misdrijf of indien de ongeschikt
heid haar oorzaak vindt in een vechtpartij, waaraan hij vrij
willig heeft deelgenomen.
6. De vaststelling en de uitbetaling van de schadeloosstel
lingen.
Het Bestuur van de Rijksverzekeringsbank stelt de uitke
ring vast voor een getroffene, die in dienst is bij een werk
gever, die bij de Rijksverzekeringsbank is aangesloten. Is de
arbeider in dienst van een werkgever, die lid van de Be
drijfsvereniging is, dan geschiedt de vaststelling door het
Bestuur van de desbetreffende Afdeling van de Bedrijfsver
eniging. De vaststelling en toekenning van een uitkering ge
schiedt ambtshalve en behoeft dus niet te worden aange
vraagd. Blijft de vaststelling echter achterwege, dan kan de
gene, die recht op een uitkering meent te hebben, zich bin
nen een jaar na het ongeval wenden tot het Bestuur van de
Afdeling van de Bedrijfsvereniging of tof hef Bestuur van de
Rijksverzekeringsbank met het verzoek alsnog een schade
loosstelling vast te stellen en toe te kennen. Is de aanvraag
gebaseerd op het overlijden van een verzekerde, dan loopt
de termijn van een jaar vanaf de dag van het overlijden.
Slechts in zeer bepaalde gevallen kan na afloop van deze
termijn nog een aanvraag om een uitkering worden inge
diend.
De tijdelijke uitkering ad 80% van het dagloon, welke ge
durende ten hoogste 42 dagen na het ongeval genoten kan
worden, indien de arbeider op de derde dag na het ongeval
nog niet in staat is om te werken, wordt vastgesteld en toe
gekend zodra bovenbedoelde drie dagen verstreken zijn.