9649
collega. Het een noch het ander zouden wij hem gaarne
nadoen. Toch hebben wij begrip voor de argumenten van
collega Poels, waar hij betoogt, al zegt hij het niet met de
zelfde woorden, dat voor een kassier van de Zondagsrust en
de viering van de kerkelijke feestdagen in de tijd rond Kerst
mis en Nieuwjaar door de recordjacht steeds minder terecht
komt. Het produceren van een balans met bijbehorende stuk
ken moet door de meesten onzer buiten de normale werk
tijden geschieden. En juist de tijd, die wij noemden, vraagt en
geeft bezinning op andere waarden dan materiële. Dit is
werkelijk een punt, dat ernstige overweging verdient. Wij
zouden wel eens willen weten, hoeveel uren de kassiers van
de Zondagen „snoepen", doch dan zouden wij het woord
„snoepen" liever door een ander willen vervangen.
Vervolgens komt collega Poels nog even terug op de ge
houden enquête, in verband met het al of niet georganiseerd
zijn der kassiers in een passende standsorganisatie. Er is geen
sprake van, dat deze bevindingen, die uit genoemde enquête
resulteerden, angstvallig bewaakt worden en slechts door
middel van list of geweld in het licht der openbaarheid kun
nen worden geplaatst. Het zal U, collega's, begrijpelijk voor
komen, dat deze resultaten goed worden bestudeerd door
mensen, die wellicht straks initiatieven hopen te nemen en
andere instanties, die er belang in stellen. Wij geloven, dat
U er binnen afzienbare tijd wel iets over zult lezen en menen
dit bijna zeker te weten. Laat U niet door ongeduld over
meesteren, vriend Poels, het komt terecht. Intussen bedankt
voor de aardige brief.
Het onderwerp van onze collega uit Slagharen is niet zo
gemakkelijk. Hij roert hier een kwestie aan die, al is men van
beide zijden met de allerbeste bedoelingen bezield, toch tot
de grootste tegenstellingen en pro- en contraformaties kan
leiden.
De vraag is: moeten wij welbewust en over de gehele lijn
de plattelandsmiddenstand gaan aantrekken en deze in onze
organisatie een plaats inruimen. Want daarop komt het neer,
collega's. Dan zou er inderdaad een wijziging van de statu
ten moeten plaats vinden. Dan zouden op bepaalde plaatsen
elementen binnengehaald worden, die het karakter van de
Boerenleenbank totaal zouden kunnen veranderen. Dan zou
den op grotere schaal niet-agrariërs in de besturen worden